In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Eiser, die stelt de Togolese nationaliteit te bezitten, heeft op 14 september 2023 een aanvraag ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag op 13 december 2023 afgewezen als kennelijk ongegrond, waarbij hij de Ghanese nationaliteit van eiser als geloofwaardig heeft geacht. De rechtbank heeft het beroep op 31 januari 2024 behandeld, waarbij eiser niet aanwezig was, maar zijn gemachtigde wel. De rechtbank concludeert dat eiser niet heeft aangetoond dat hij de Togolese nationaliteit bezit en dat de staatssecretaris terecht heeft aangenomen dat eiser de Ghanese nationaliteit heeft. De rechtbank wijst erop dat het aan eiser is om zijn identiteit en nationaliteit aannemelijk te maken, wat hij niet heeft gedaan. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag in stand blijft. Eiser krijgt geen vergoeding van proceskosten.