Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[verzoeker] , te [woonplaats 1] ,
VDH PARTICIPATIEMIJ B.V., te Nijmegen,
1.[verweerder 1] , te [woonplaats 2] ,
[verweerder 2], te [woonplaats 3] ,
RR REAL ESTATE RESTRUCTURING B.V., te Hillegom,
1.De procedure
- het op 28 juni 2024 ontvangen verzoekschrift, met producties 1 tot en met 12;
- de brief van [verweerder 1] c.s. d.d. 10 juli 2024;
- het op 24 oktober 2024 ontvangen verweerschrift, met productie 1 tot en met 4.
- [verzoeker] , samen met mr. M. Jacobs (kantoorgenoot van mr. Al Mansouri) en mr. Al Mansouri voornoemd;
- [verweerder 1] en [verweerder 2] , samen met mr. Sjouke voornoemd.
2.De feiten
; alle verplichtingen hebben de voorafgaande instemming nodig van [verzoeker][rechtbank: bedoeld wordt [verzoeker] ]
, [verweerder 2][rechtbank: bedoeld wordt [verweerder 2] ]
en [verweerder 1] ; voor het aangaan van verplichtingen binnen het vooraf door [verzoeker] , [verweerder 2] en [verweerder 1] goedgekeurde of vastgestelde budget zal een volmacht worden verstrekt;
3.Het verzoek
4.De beoordeling
Maatstaf voorlopig getuigenverhoor
- de toestemming van VDH voor de verkoop van de panden door RBR III, of en hoe deze is gevraagd of verkregen,
- de taxatie die RBR III met het oog op de verkoop heeft laten uitvoeren,
- of en zo ja welke band er is tussen [verweerder 1] en CUI en [bedrijf] .