Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Het incident tot tussenkomst/voeging
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling van het geschil
vervallen. RWS wil daarom op korte termijn een
nieuw besluitnemen dat strekt tot intrekking van de voorlopige gunningsbeslissing en volledige dan wel gedeeltelijke herbeoordeling van alle inschrijvingen door een nieuw beoordelingsteam. Nu de voorzieningenrechter niet beschikt over de klacht van Vialis en de beslissing van het Klachtenmeldpunt op deze klacht, kan in het bestek van deze kortgedingprocedure niet worden beoordeeld of – zoals RWS in zijn beslissing van 23 augustus 2024 stelt, Vialis bevestigt en SPIE in twijfel trekt – sprake is van onjuistheden in zowel de beoordeling van de inschrijvingen als de motivering van de gunningsbeslissing, die de door RWS beoogde intrekking van de gunningsbeslissing en een volledige dan wel gedeeltelijke herbeoordeling van alle inschrijvingen kunnen rechtvaardigen. Feit is wel dat het Klachtenmeldpunt in het kader van de pro forma beoordeling van de klacht van SPIE tegen de beslissing van 23 augustus 2024 op 17 september 2024 heeft geoordeeld dat RWS zijn intrekkingsbeslissing van 23 augustus 2024 onvoldoende heeft gemotiveerd. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat RWS bij het nemen van zijn nieuwe beslissing acht zal slaan op de kanttekeningen die het Klachtenmeldpunt bij de motivering van de inmiddels vervallen beslissing van 23 augustus 2024 heeft geplaatst. De voorzieningenrechter gaat er tevens vanuit dat RWS de rechtsbescherming van alle inschrijvers bij het nemen van zijn nieuwe beslissing afdoende zal waarborgen. Voor alle duidelijkheid zal in het dictum van dit vonnis worden opgenomen dat door RWS een nadere gemotiveerde beslissing tot intrekking van de gunningsbeslissing en herbeoordeling kan worden genomen.