Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Procesverloop
Beslissing
- bepaalt dat verweerder het door verzoeker betaalde griffierecht van € 187,- vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 437,50.
Rechtbank Den Haag
Deze uitspraak betreft een verzoek van de verzoeker om vergoeding van zijn proceskosten in een bestuursrechtelijke procedure. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. B.A. Palm, heeft een beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, die voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister niet tijdig heeft beslist op het bezwaarschrift van de verzoeker, wat heeft geleid tot het indienen van het beroep. Op 1 augustus 2024 heeft de minister alsnog een beslissing genomen op het bezwaarschrift, waarna de verzoeker het beroep heeft ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de minister de proceskosten van de verzoeker moet vergoeden, omdat deze aan verzoeker tegemoet is gekomen door alsnog een besluit te nemen. De rechtbank heeft de proceskosten vastgesteld op € 437,50, met inachtneming van een wegingsfactor van 0,5, aangezien de zaak enkel betrekking had op de overschrijding van de beslistermijn. Daarnaast is de minister veroordeeld om het door verzoeker betaalde griffierecht van € 187,- te vergoeden.
De uitspraak is gedaan door mr. S.G.M. van Veen, rechter, en is openbaar gemaakt op 15 november 2024. De verzoeker heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak een verzetschrift in te dienen als hij het niet eens is met de uitspraak.