ECLI:NL:RBDHA:2024:22678
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 24 december 2024 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker van Syrische nationaliteit die een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de minister van Asiel en Migratie op 1 oktober 2024 niet-ontvankelijk verklaard. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 18 december 2024, waarbij verzoeker niet aanwezig was, maar de minister vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde, R.E. Thijssen.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de verzoeker van Syrische nationaliteit is en geboren op een niet gespecificeerd moment in 1970. Tijdens de zitting is ook een andere zaak, NL24.38860, behandeld, waarin de rechtbank op dezelfde dag uitspraak heeft gedaan. Gezien deze uitspraak was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, in aanwezigheid van griffier mr. L.S. Lodder. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open. De uitspraak is openbaar gemaakt op 24 december 2024.