In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 17 december 2024 een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren op [geboortedag] 2022. De zaak betreft de Stichting Jeugdbescherming West Haaglanden als gecertificeerde instelling, die verzoekt om de ondertoezichtstelling van de minderjarige te verlengen voor de duur van een jaar, evenals de machtiging tot uithuisplaatsing in een pleegzorgvoorziening. De ouders van de minderjarige, de moeder en de vader, zijn belast met het ouderlijk gezag, maar zijn niet verschenen op de zitting. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders, ondanks hun problemen, de zorgen voor de minderjarige niet erkennen en dat de minderjarige momenteel bij de grootouders vaderszijde verblijft. De kinderrechter heeft de procedure beoordeeld aan de hand van verschillende stukken, waaronder e-mailberichten van de advocaten van de ouders, en heeft geconcludeerd dat de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing verlengd moeten worden. De kinderrechter heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, en heeft de mogelijkheid voor hoger beroep uiteengezet.