ECLI:NL:RBDHA:2024:21859
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vervallenverklaring van eerdere uitspraak inzake omgevingsvergunning en schadevergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 3 december 2024 uitspraak gedaan in de zaken SGR 22/4541 en SGR 23/1348, waarbij de rechtbank de eerdere uitspraak van 11 oktober 2024 vervalt. De eisers, vertegenwoordigd door mr. M.C. van Meppelen Scheppink, hadden beroep ingesteld tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn, die betrekking hadden op een omgevingsvergunning voor erfafscheiding. Tijdens de procedure hebben eisers ook een verzoek om schadevergoeding ingediend wegens overschrijding van de redelijke termijn, zoals bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het EVRM. De rechtbank constateerde dat in de eerdere uitspraak van 11 oktober 2024 geen oordeel was gegeven over dit verzoek, wat leidde tot een kennelijke misslag. Hierdoor heeft de rechtbank besloten om de eerdere uitspraak te laten vervallen en opnieuw uitspraak te doen, waarbij ook een beslissing op het verzoek om schadevergoeding zal worden gegeven. De rechtbank heeft de partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de vervallenverklaring, maar zij hebben van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. De nieuwe uitspraak is gedaan door rechter R.H. Smits en griffier N. Ciftci-Ibis, en is openbaar uitgesproken op 3 december 2024.