ECLI:NL:RBDHA:2024:21422

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 december 2024
Publicatiedatum
18 december 2024
Zaaknummer
NL24.42623
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot overdracht aan België

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 18 december 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een man van Somalische nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Minister van Asiel en Migratie had echter op 30 oktober 2024 besloten om deze aanvraag niet in behandeling te nemen, met als reden dat België verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening om te voorkomen dat hij uit Nederland zou worden verwijderd voordat er op het beroep was beslist.

De voorzieningenrechter heeft op 4 december 2024 de zaak behandeld, waarbij verzoeker, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de minister aanwezig waren. Na zorgvuldige afweging van de belangen heeft de voorzieningenrechter besloten om het verzoek tot voorlopige voorziening toe te wijzen. Dit houdt in dat het bestreden besluit van de minister wordt geschorst en dat verzoeker niet mag worden overgedragen aan België totdat er een beslissing is genomen op het beroep. Tevens is de minister veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van verzoeker, die zijn vastgesteld op € 1.750,-. Deze kosten zijn berekend op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij rekening is gehouden met de rechtsbijstand die door een derde is verleend.

De uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, in aanwezigheid van griffier R. de Boer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.42623

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum] ,
van Somalische nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. B.H. Werink),
en

de Minister van Asiel en Migratie, de minister

(gemachtigde: mr. K.J. Diender).

Procesverloop

Bij besluit van 30 oktober 2024 (het bestreden besluit) heeft de minister de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat België verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.42622 (het beroep) op 4 december 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker, de gemachtigde van verzoeker, een tolk en de gemachtigde van de minister.

Overwegingen

1. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen strekkende tot een verbod op verwijdering van eiser uit Nederland alvorens op het beroep is beslist.
2. Na afweging van de betrokken belangen ziet de voorzieningenrechter aanleiding om het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening toe te wijzen, het bestreden besluit te schorsen en te bepalen dat verzoeker niet mag worden overgedragen aan België totdat op het beroep tegen het bestreden besluit is beslist. Door toewijzing van het verzoek om een voorlopige voorziening wordt de overdrachtstermijn opgeschort.
3.
Omdat het verzoek wordt toegewezen wordt de minister veroordeeld in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.750,- (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 875,- en een wegingsfactor 1).

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • treft de voorlopige voorziening dat het bestreden besluit wordt geschorst en dat verzoeker niet mag worden overgedragen aan België totdat is beslist op het beroep;
  • veroordeelt de minister in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 1.750,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van R. de Boer, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.