Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
verzoekster,
hierna: [partij 1] ,
gemachtigde: mr. U. Karatas,
[handelsnaam] ,
verweerster,
hierna: [partij 2] ,
gemachtigde: mr. M.A.J. Aerts.
1.Procedure
- het verzoekschrift van 25 juli 2024 met producties 1 t/m 22;
- het verweerschrift, tevens houdende tegenverzoek van 25 oktober 2024 met producties 1 t/m 9;
- aanvullende producties 23 t/m 24 van de zijde van [partij 1] ;
- aanvullende productie 10 van de zijde van [partij 2] ;
- de op de zitting door [partij 1] overhandigde (ongenummerde) aanvullende productie;
- de op de zitting voorgedragen pleitaantekeningen van de zijde van [partij 1] .
2.Feiten
Hé. Ik wil graag mijn excuses aanbieden voor het openlijk flirten met iedereen en dan vooral [naam 2] . Ik ben een fleurt en hou van vrouwen. Ik had ieder geval niet het voel dat ik te ver ging met mijn opmerkingen maar dat was wel zo voor sommige. Nogmaals wil ik daarvoor mijn excuses aanbieden en dit zal nooit meer voorvallen dat ik een raare opmerking richting jullie maakt wat sexueel getint is. Nogmaals ik ben geen viezerik maar hou van flirten. Nogmaals mijn excuses daarvoor. Ik hier zelf ook mee aan de slag. Nogmaals mijn excuses als ik sommige een raare gevoel heb gegeven.”
Op het moment dat de (praktijk)leerovereenkomst voortijdig door Leerling-werknemer, dan wel de school wordt beëindigd, eindigt deze arbeidsovereenkomst per dezelfde datum.”
De bpv-gegevens’ opgenomen:
Geplande einddatum bpv 12-07-2024”
de inzet van een arbeids- en organisatiedeskundige om te voorkomen dat er nieuwe ziekmeldingen ontstaan aangezien deze ziekmelding niet de enige ziekmelding is die ontstaan is door de omgangsvormen op de werkvloer.”
Deze week kreeg cliente bericht van de opleidingsinstelling Albada College waar deze werknemers een BPV overeenkomst hadden en een opleiding Sociaal Werk volgden, dat deze de opleiding gestaakt heeft met ingang van 1 april 2024.
Gezien het feit dat de arbeidsovereenkomsten van rechtswege geëindigd zijn, heeft mediation geen zin meer.
3.Verzoek, tegenverzoek, grondslag en verweer
4.Beoordeling
geplandeeinddatum is opgenomen en dat daarmee niet bedoeld is dat de overeenkomst per die datum eindigt. Volgens [partij 1] dient de BPV-overeenkomst namelijk in stand te blijven totdat zij haar opleiding heeft behaald en was de opgenomen datum van 12 juli 2024 slechts de geplande einddatum van de opleiding. Nu [partij 1] haar studie echter niet per die datum heeft afgerond, is de BPV-overeenkomst volgens [partij 1] dus ook niet per die datum geëindigd. Tegen deze gemotiveerde uitleg van de BPV-overeenkomst heeft [partij 2] onvoldoende ingebracht. [partij 2] heeft dan ook onvoldoende onderbouwd dat de ontbindende voorwaarde per 12 juli 2024 is ingetreden vanwege het eindigen van de BPV-overeenkomst.
dat[partij 2] heeft ingegrepen, niet
waaromzij dat heeft gedaan. Van ernstig verwijtbaar handelen door [partij 2] is naar aanleiding van het incident op het personeelsweekend dan ook geen sprake.
in de uitvoering van haar werkzaamhedenin de zin van artikel 7:658 BW. Voor zover daarnaast artikel 6:162 BW als mogelijke grondslag voor de schadevergoedingen gezien moet worden, volgt uit de voorgaande overwegingen tevens dat onvoldoende door [partij 1] is onderbouwd dat [partij 2] onrechtmatig heeft gehandeld door na te laten in te grijpen op seksueel grensoverschrijdend gedrag gepleegd door [naam 1] . Beide verzochte schadevergoedingen worden daarom afgewezen.