4.1.Het eerste element is geloofwaardig geacht en het tweede element is niet geloofwaardig geacht. Verweerder stelt dat eiser wisselend heeft verklaard over hetgeen hem zou zijn overkomen.
5. Eiser voert aan dat hij behoort tot een kwetsbare minderheidsgroep en dat hij met beperkte indicaties aannemelijk kan maken dat hij bij terugkeer risico loopt op behandeling in strijd met artikel 3 van het EVRM.Daarnaast zou medische onderzoek naar zijn littekens het verhaal van eiser kunnen ondersteunen. Verder had verweerder niet ongerijmd kunnen vinden dat eiser met zijn Koerdische vriendin wilde huwen. Dit is in Irak namelijk een vorm van mogelijk eerherstel, omdat zij buiten het huwelijk lichamelijk intiem zijn geweest. Bovendien is eiser in Irak strafbaar vanwege de fysieke relatie. Eiser heeft een medische verklaring overgelegd, die de verwondingen van zijn broer onderbouwt. Daarnaast heeft eiser een foto overgelegd van een verklaring van de familie van [naam 2] , waarin de familie afstand neemt van haar en van eiser en eiser vogelvrij verklaart. Overige mogelijke tegenstrijdigheden in zijn verhaal heeft hij gecorrigeerd. Ten aanzien van het terugkeerbesluit en het inreisverbod voert eiser aan dat deze ten onrechte zijn opgelegd omdat hij een vrouw en vriendenkring heeft in Nederland.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
6. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder de problemen die samenhangen met zijn gestelde relatie met [naam 2] ongeloofwaardig mogen achten. Verweerder heeft terecht gewezen op inconsistenties in de tijdlijn van eiser. Verweerder wijst er terecht op dat eiser vaag en wisselend heeft verklaard over het moment van vertrek uit Irak. Bij de politie heeft eiser verklaard dat hij ongeveer zes maanden voor het verhoor uit Irak vertrokken was, dus ergens in februari 2022.In de correcties en aanvullingen op het aanmeldgehoor merkt eiser op dat zijn vertrek uit het land van herkomst in 2018 was.In het nader gehoor vertelt eiser dat hij in 2019 vertrok.Eiser heeft hier geen afdoende verklaring voor kunnen geven. De verklaring van eiser dat hij slechts 1 jaar scholing heeft genoten en analfabeet is is hiertoe onvoldoende. Nog los van het feit dat tijdsbesef niet noodzakelijkerwijs samenhangt met opleiding of het wel of niet kunnen lezen en schrijven, blijkt uit het nader gehoor dat eiser zich goed realiseert welke maand het is. Ook weet eiser wel wanneer de ramadan plaatsvindt.Daarnaast heeft verweerder mogen tegenwerpen dat het bestaan van de relatie niet met stukken is onderbouwd. Er zijn geen afschriften van bijvoorbeeld Whats-App gesprekken of foto’s overgelegd. Ter zitting heeft eiser een foto laten zien, waarop twee personen hand in hand lopen. Deze foto is echter van achteren genomen en de personen op de foto zijn niet identificeerbaar.
7. Het argument van verweerder dat het ongeloofwaardig is dat eiser en [naam 2] besloten om haar familie in te lichten, acht de rechtbank behoudens het hierna te bespreken niet overtuigend. Eisers stelling dat een huwelijk met [naam 2] een manier was om haar reputatie te redden past binnen de bekende landeninformatie.
8. Daarnaast heeft verweerder, ondanks het ontbreken van de achterkant van diens identiteitskaart, reden gezien om aan te nemen dat de broer van eiser blind is geworden aan zijn oog op 9 oktober 2019. De rechtbank volgt verweerder in zijn betoog dat hoewel het vaststaat dat de broer van eiser blind is geworden, daarmee nog niet de gestelde oorzaak van de verwonding aannemelijk is gemaakt, laat staan het verband met eisers gestelde problemen. De vertaling van het forensisch rapport dat is overgelegd, maakt het bovenstaande niet anders. Uit de vertaling blijkt namelijk slechts dat de oorzaak van de verwonding een ‘tribaal conflict’ is. Verweerder heeft ter zitting terecht betoogd dat de conclusie over de oorzaak afkomstig is van de verklaringen van de broer en niet op basis van het letsel. Daarnaast volgt uit het rapport ook niet dat eiser een rol speelt in het tribale conflict dat tot het letsel heeft geleid.
9. Ten aanzien van de vogelvrijverklaring van eiser oordeelt de rechtbank dat verweerder terecht tegenwerpt dat de authenticiteit van het document niet vaststaat en dat Bureau Documenten niet de mogelijkheid heeft gehad om hier een oordeel over te vellen. Het lag op de weg van eiser om dit document eerder te overleggen, hetgeen gelet op de dagtekening van 20 november 2019 mogelijk moet zijn geweest. Daarnaast kan de authenticiteit niet worden vastgesteld indien het geen origineel document is. Het gaat hier slechts om een foto.
10. Ten aanzien van de inhoud van het document overweegt de rechtbank dat verweerders tegenwerping dat het document inhoudelijk niet strookt met eisers asielrelaas omdat het document spreekt over seksuele agressie, terwijl de relatie met wederzijdse instemming was, volgt de rechtbank niet. Eisers betoog dat hij vogelvrij is verklaard omdat hij sociale normen heeft overschreden is consistent met door eiser aangehaalde landeninformatie. Niet is uitgesloten dat de familie van [naam 2] stelt dat er sprake is van dwang om daarmee de reputatie en eer van de familie te redden.
11. Verder oordeelt de rechtbank dat verweerder bij de huidige stand van zaken geen medisch onderzoek heeft hoeven verrichten naar de littekens van eiser. Ook als de uitkomst van het medisch onderzoek zou zijn dat de littekens zijn ontstaan in 2019 als gevolg van een mishandeling, is daarmee niet onderbouwd wie de littekens heeft veroorzaakt en waarom. In dit kader weegt de rechtbank tevens mee dat eiser niet is verschenen bij de afspraak met MediFirst. Eiser is geïnformeerd dat verweerder geen rekening kan houden met gezondheidsaspecten als hij niet verschijnt.Van strijd met artikel 18 en 10 van de Procedurerichtlijnis dan ook geen sprake.
12. Hoewel de rechtbank niet alle tegenwerpingen van verweerder deelt, heeft verweerder op basis van de informatie die er nu ligt het asielrelaas niet ten onrechte ongeloofwaardig geacht.
Kwetsbare minderheidsgroep
13. In paragraaf C7/16.4.3. van de Vreemdelingencirculaire (Vc) is opgenomen dat Turkmenen in Irak een kwetsbare minderheidsgroep zijn. Uit paragraaf C2/3.3 Vc volgt dat de vreemdeling die behoort tot een bevolkingsgroep die in het landgebonden beleid is aangewezen als een kwetsbare minderheidsgroep, met beperkte indicaties aannemelijk kan maken dat hij vreest voor ernstige schade indien er sprake is van geloofwaardige en individualiseerbare verklaringen.