In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 27 november 2024, wordt de asielaanvraag van een Somalische vrouw, eiseres, en haar minderjarige kinderen behandeld. De minister van Asiel en Migratie heeft op 25 juli 2024 de asielaanvraag afgewezen en een terugkeerbesluit genomen, waarbij eiseres en haar kinderen terug moeten keren naar Tanzania. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, stellende dat haar identiteit en de situatie in Tanzania onvoldoende zijn meegewogen. De rechtbank heeft de zaak op 12 november 2024 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals een tolk. De rechtbank oordeelt dat de minister de geloofwaardigheid van eiseres' identiteit, nationaliteit en herkomst niet ten onrechte ongeloofwaardig heeft geacht, en dat de minister niet verplicht was om nader onderzoek te doen naar de situatie in Tanzania. Echter, de rechtbank concludeert dat de minister de belangen van de minderjarige kinderen onvoldoende heeft meegewogen in het terugkeerbesluit. De rechtbank geeft de minister de gelegenheid om het motiveringsgebrek te herstellen binnen twee weken, en houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak.