ECLI:NL:RBDHA:2024:18841
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag gehandicaptenparkeerkaart passagiers op basis van continu afhankelijkheid van hulp
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om een gehandicaptenparkeerkaart passagiers. De aanvraag werd door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiden afgewezen op basis van een medisch advies dat stelde dat eiseres niet continu afhankelijk is van hulp van de bestuurder. Eiseres had op 7 juli 2023 de aanvraag ingediend, maar het college handhaafde de afwijzing na een bezwaarprocedure. De rechtbank heeft de zaak op 14 november 2024 behandeld, waarbij eiseres werd bijgestaan door haar neef en de gemachtigde van het college aanwezig was.
De rechtbank oordeelt dat de criteria voor het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart passagiers strikte voorwaarden vereisen, waaronder een loopbeperking en continu afhankelijkheid van hulp van de bestuurder. De rechtbank concludeert dat het college zich terecht heeft gebaseerd op het medisch advies, dat stelde dat eiseres niet continu afhankelijk is van de bestuurder. Eiseres kan zich met behulp van een rollator over korte afstanden verplaatsen en kan in bepaalde situaties alleen gelaten worden. De rechtbank erkent de vervelende situatie voor eiseres, maar benadrukt dat de regels voor het toekennen van een gehandicaptenparkeerkaart niet alleen op basis van een loopbeperking kunnen worden verstrekt.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiseres geen gelijk krijgt en geen vergoeding van griffierecht of proceskosten ontvangt. Eiseres kan echter een nieuwe aanvraag indienen als haar gezondheid verder is verslechterd, en het college heeft toegezegd deze aanvraag met spoed te behandelen.