7.1.Deze beroepsgrond slaagt niet.
Kon verweerder het ongeloofwaardig achten dat de problemen die eiseres ervaart door [naam] zijn veroorzaakt?
8. Eiseres voert aan dat [naam] en de malversaties die hij heeft gepleegd, zijn besproken in de pers. Eiseres heeft zelf ook documenten overgelegd, die het causaal verband tussen [naam] en de problemen die eiseres ervaart aantonen. Eiseres heeft rechtstreeks van de man met wie zij een productdeal wilde sluiten, gehoord dat [naam] zich hiermee bemoeide. Verweerder heeft niks gedaan met de naam van deze man. Verder hebben de kinderen van eiseres opdracht gekregen van [naam] om de auto van eiseres mee te nemen. Daarnaast heeft eiseres gehoord dat er niemand op een inbraakmelding die zij had gemaakt, af hoefde te komen door inmenging van [naam] .
9. De rechtbank overweegt dat eiseres het causale verband niet aannemelijk heeft gemaakt en zich enkel baseert op vermoedens en verklaringen van derden. De rechtbank volgt verweerder hierin. Eiseres heeft geen documenten overgelegd die het causale verband aantonen. De documenten over bijvoorbeeld het perceel, de bank en de notaris gaan niet over de gestelde malversaties die de ex-echtgenoot zou hebben gepleegd en tonen daarnaast niet aan dat de ex-echtgenoot de problemen van eiseres heeft veroorzaakt. Eiseres heeft geen actie ondernomen tegen haar ex-echtgenoot en heeft geen politiebescherming gezocht. Dit volgt uit de brief aan de PG waarover eiseres heeft verklaard. De PG kon naar aanleiding van deze brief geen verder onderzoek doen, omdat eiseres geen aangiftes heeft gedaan tegen haar man. Aldus heeft eiseres niet aannemelijk gemaakt dat haar ex-echtgenoot de problemen veroorzaakt.
10. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Mocht verweerder zich op het standpunt stellen dat eiser bij terugkeer naar Suriname geen reëel risico op ernstige schade loopt?
11. Eiseres voert aan dat zij bij terugkeer naar Suriname een reëel risico op ernstige schade loopt in de zin van artikel 3 van het EVRM.Dit heeft zij vernomen van haar kinderen. Ook heeft [naam] haar met de dood bedreigd. Eiseres kan dit niet bewijzen, omdat de memory card waarop deze bedreigingen staan, kapot is gegaan.
12. De rechtbank is van oordeel dat nu eiseres het causale verband tussen [naam] en de problemen die zij ervaart, niet aannemelijk heeft gemaakt, het ook niet aannemelijk is dat eiseres een reëel risico op ernstige schade loopt bij terugkeer naar Suriname. De rechtbank is het met verweerder eens dat de verklaringen van de kinderen van eiseres niet objectief verifieerbaar zijn. Uit de verklaringen van eiseres volgt dat zij na haar echtscheiding in 2015 nooit persoonlijk door [naam] , dan wel door anderen in opdracht van hem, is bedreigd of dat hij haar heeft geprobeerd te doden dan wel te mishandelen, terwijl eiseres nog tot 3 mei 2022 in Suriname is gebleven. Eiseres heeft voorts niet aannemelijk gemaakt dat zij geen bescherming kan krijgen van de autoriteiten in Suriname. De problemen die eiseres ervaart, geven ook geen aanleiding om uit te gaan van een situatie in strijd met artikel 3 van het EVRM.
13. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder de asielaanvraag kennelijk ongegrond kunnen verklaren?
14. Eiseres voert aan dat zij van verweerder het advies heeft gekregen om geen asiel aan te vragen, maar om een reguliere aanvraag te doen. Daarnaast heeft zij de onmenselijke situatie in Ter Apel gezien en aan de hand daarvan besloten om daar geen asiel aan te vragen, omdat er geen onderdak werd geboden, zelfs niet aan kinderen. Eiseres heeft pas later op advies van verweerder wel asiel aangevraagd.
15. De rechtbank overweegt dat het niet in geschil is dat eiseres in mei 2022 in Nederland is aangekomen. Verder volgt uit de begeleidende brief bij haar asielaanvraag dat zij sinds 26 augustus 2022 wist dat ze asiel kon aanvragen in haar situatie. Eiseres heeft geen verschoonbare reden gegeven waarom zij bijna drie maanden later, op 17 november 2022, pas asiel heeft aangevraagd. Het komt daarom voor eigen rekening van eiseres dat zij niet eerder naar Ter Apel is gegaan om asiel aan te vragen.
15. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder een terugkeerbesluit kunnen opleggen?
17. Eiseres voert aan dat aan haar geen terugkeerbesluit met een vertrektermijn van 0 dagen kan worden opgelegd omdat zij dan geen tijd heeft om afscheid te nemen van haar familie en vrienden in Nederland. Eiseres is hierover ten onrechte niet gehoord.
18. Deze rechtbank volgt eiseres hierin niet. Uit artikel 62, tweede lid, aanhef en onder b, van de Vw volgt dat verweerder een vertrektermijn van 0 dagen mag opleggen als een asielaanvraag kennelijk ongegrond is. Aangezien verweerder de aanvraag kennelijk ongegrond heeft kunnen verklaren, heeft verweerder ook de vertrektermijn van 0 dagen op kunnen leggen. Verweerder heeft in de omstandigheid dat eiseres afscheid wil nemen van vrienden en familie, geen aanleiding hoeven zien om een ruimere vertrektermijn te hanteren.
19. Deze beroepsgrond slaagt niet.
Heeft verweerder een inreisverbod kunnen opleggen?
20. Eiseres voert aan dat haar geen inreisverbod opgelegd kan worden, omdat zij in Nederland familie en vrienden heeft wonen.
21. De rechtbank volgt eiseres hierin niet, nu zij dit niet nader heeft onderbouwd. Daarnaast heeft verweerder zich op het standpunt kunnen stellen dat gesteld noch gebleken is dat het niet mogelijk is om het recht op familieleven voor de duur van het inreisverbod op een andere wijze invulling te geven. Bijvoorbeeld door een bezoek van de familieleden aan Suriname of enig ander land waar de betreffende familieleden elkaar kunnen ontmoeten. Deze beroepsgrond slaagt daarom niet.