ECLI:NL:RBDHA:2024:18539
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van de voorzieningenrechter in een bestuursrechtelijke zaak
Op 4 november 2024 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het verzoek tot wraking van de voorzieningenrechter, mr. M. van Paridon. Het verzoek tot wraking werd ingediend door een verzoeker zonder bekende woon- of verblijfplaats, na de uitspraak van de voorzieningenrechter in de hoofdzaak op 29 oktober 2024. De wrakingsprocedure is gestart met een schriftelijk verzoek op 30 oktober 2024, maar de wet staat geen wraking toe nadat er al een uitspraak is gedaan in de hoofdzaak. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die de objectieve schijn van partijdigheid rechtvaardigen. De verzoeker heeft niet tijdig concrete omstandigheden aangevoerd die zouden wijzen op een gebrek aan onpartijdigheid van de voorzieningenrechter. Daarom is het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk verklaard. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.