ECLI:NL:RBDHA:2024:18492

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 november 2024
Publicatiedatum
11 november 2024
Zaaknummer
C/09/675120/KG RK 24-1557
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Verschoning
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verschoningsverzoek in een strafzaak

Op 6 november 2024 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Den Haag een beslissing genomen op het verschoningsverzoek van mr. B.J. de Groot, rechter in de rechtbank Den Haag, in het kader van de strafzaak met parketnummer 09-299753-24. Het verzoek tot verschoning is ingediend omdat er een mogelijke procespartij betrokken was die eerder contact had met de rechter. Dit leidde tot de vraag of de rechter onpartijdig kon blijven in de behandeling van de zaak.

De rechtbank heeft vastgesteld dat, hoewel rechters op grond van hun aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, er uitzonderlijke omstandigheden kunnen zijn die de schijn van partijdigheid oproepen. In dit geval heeft de rechter voldoende argumenten aangedragen om het verzoek tot verschoning te onderbouwen. De rechtbank heeft geoordeeld dat het verzoek terecht is ingediend om de schijn van partijdigheid te vermijden.

De beslissing houdt in dat het verzoek tot verschoning wordt toegewezen, wat betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter zal worden overgenomen. De rechtbank heeft ook bepaald dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat het verschoningsverzoek werd ingediend. Een afschrift van deze beslissing zal worden toegezonden aan de betrokken partijen, waaronder de rechter zelf.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Verschoningskamer
Verschoningsnummer: 2024/15
Zaak-/rekestnummer: C/09/675120 / KG RK 24-1557
Beslissing van 6 november 2024
van de meervoudige verschoningskamer van de rechtbank op het verzoek van
mr. B.J. de Groot,
rechter in de rechtbank Den Haag,
hierna de rechter,
belast met de behandeling van de strafzaak met parketnummer 09-299753-24 van:
Openbaar Ministerie,
gevestigd te Den Haag,
tegen
[verdachte] ,
wonende te [woonplaats] ,
verdachte,
bijgestaan door mr. C.M. Emeis, advocaat te Den Haag.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verschoningsverzoek van de rechter.
1.2.
Een verschoningsverzoek hoeft, anders dan een wrakingsverzoek, niet ter terechtzitting te worden behandeld. Het verzoek is daarom niet ter zitting behandeld.

2.Het verschoningsverzoek

2.1.
De rechter heeft het verschoningsverzoek op het volgende gebaseerd:
☒ een mogelijke procespartij/ betrokkenen heeft eerdere betrokkennis gehad met de rechter

3.De beoordeling

3.1.
Uitgangspunt is dat een rechter op grond van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn. Uitzonderlijke omstandigheden kunnen een aanwijzing opleveren dat een rechter ten opzichte van een partij vooringenomen is of dat daarvoor een terechte vrees bestaat. Ook de uiterlijke schijn kan daarbij een rol spelen.
3.2.
Gelet op hetgeen de rechter heeft aangevoerd, is het verschoningsverzoek terecht ingediend. Zo wordt de schijn van partijdigheid vermeden. Het verzoek zal dus worden toegewezen. Dit betekent dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen.

4.De beslissing

De verschoningskamer:
4.1.
wijst het verzoek tot verschoning toe;
4.2.
bepaalt dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond op het moment dat verschoningsverzoek werd ingediend;
4.3.
beveelt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan:
* de rechter;
* alle in de aanhef van deze uitspraak genoemde betrokken partijen.
Deze beslissing is genomen in raadkamer op 06 november 2024 door mrs. S.M. Krans, A.M.A. Keulen en S.M. Westerhuis- evers, in tegenwoordigheid van de griffier.