Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser
Procesverloop
Overwegingen
- Identiteit, nationaliteit en herkomst;
- De relatie met [naam 2] en de ondervonden problemen met haar broers.
Mijn vriendin ging trouwen”. Op de vervolgvraag waarom dat het moment was om Oezbekistan te verlaten, heeft eiser geantwoord: “
Toen ging ze trouwen, ik wilde geen contact meer met haar. […] Ik vond het leven in Oezbekistan saai en moeilijk, dus toen vertrok ik. Mijn familie en buren waren op de hoogte van onze relatie, ik schaamde me daarom erg. Dit meisje had mij verlaten, ik voelde me niet op mijn gemak.” (p. 7 NG). Ook verderop tijdens het nader gehoor heeft eiser verklaard dat hij Oezbekistan heeft verlaten, omdat hij zich schaamde vanwege het feit dat zijn vriendin is getrouwd met iemand anders (p. 15 NG). Verweerder stelt terecht dat eiser op dergelijke vragen geen enkele keer heeft geantwoord dat hij Oezbekistan heeft verlaten uit vrees voor de broers van [naam 2].
kennelijkongegrond gebaseerd op artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder f, van de Vw (asielaanvraag enkel ingediend om uitzetting te voorkomen) én artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder h, van de Vw (asielwens niet zo snel mogelijk kenbaar gemaakt).
kennelijkeongegrondheid reeds op zichzelf dragen. Gelet hierop behoeft hetgeen eiser heeft aangevoerd over de tegenwerping van artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder f, van de Vw, als grondslag voor de
kennelijkeongegrondheid, geen inhoudelijke bespreking. De beroepsgrond slaagt niet.