Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Stichting Jeugdbescherming west Zuid Holland, gevestigd te Leiden,
[pleegouder 2] ,
Rechtbank Den Haag
In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 31 januari 2024, wordt de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige besproken. De zaak betreft [minderjarige], geboren op [geboortedag] 2020, die sinds september 2021 uit huis is geplaatst vanwege onveiligheid in de thuissituatie. De kinderrechter heeft de belangen van de minderjarige en de betrokken ouders, de moeder en de vader, zorgvuldig afgewogen. De gecertificeerde instelling (GI) heeft verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling voor elf maanden, omdat de ouders niet in staat zijn gebleken om de verzorging en opvoeding van [minderjarige] te dragen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders onvoldoende groei hebben laten zien in hun opvoedcapaciteiten en dat het perspectief van [minderjarige] inmiddels bij de pleegouders ligt. De moeder heeft verweer gevoerd tegen de machtiging tot uithuisplaatsing, maar de kinderrechter oordeelt dat de huidige situatie in het belang van de minderjarige is. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing zijn verlengd tot 24 december 2024.