ECLI:NL:RBDHA:2024:18275

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 november 2024
Publicatiedatum
8 november 2024
Zaaknummer
24.2427
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van het verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 november 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een asielzoeker. De verzoeker, die van Somalische nationaliteit is, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag was door de Minister van Asiel en Migratie, voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, op 30 augustus 2024 niet-ontvankelijk verklaard. Hiertegen had de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 23 oktober 2024 behandeld, maar de verzoeker was niet verschenen, ondanks dat hij hiervan op de hoogte was gesteld. De minister was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. Tijdens de zitting is ook een andere zaak behandeld, zaaknummer NL24.34269, waarin de rechtbank al uitspraak had gedaan op het beroep van de verzoeker. Aangezien er inmiddels een uitspraak was gedaan op het beroep, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen en aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL24.34270
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen [verzoeker], V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. M. Erik),
en
de Minister van Asiel en Migratie,voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid., (gemachtigde: mr. R.P.G. van Bel).

Procesverloop

Bij besluit van 30 augustus 2024 (het bestreden besluit) heeft de minister de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De minister heeft een verweerschrift ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.34269, op 23 oktober 2024 op zitting behandeld. Verzoeker is, met bericht van verhindering, niet verschenen. De minister heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Verzoeker stelt van Somalische nationaliteit te zijn en te zijn geboren op [geboortedatum] 1992.
2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.34269, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. P. Bruins, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
05 november 2024

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.