ECLI:NL:RBDHA:2024:17968
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor splitsing van woning tot hofjeswoningen in strijd met bestemmingsplan en Dienstenrichtlijn
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 8 november 2024, in de zaak tussen eiser en het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, wordt het beroep van eiser tegen de weigering van een omgevingsvergunning beoordeeld. Eiser, eigenaar van een woning in het 'Hofje het Javalaantje', had een vergunning aangevraagd om de woning te splitsen in drie hofjeswoningen en de kozijnen te vervangen door isolatieglas. De gemeente weigerde de vergunning op basis van het bestemmingsplan, dat splitsing van woningen in de betreffende wijk verbiedt. Eiser betoogde dat deze weigering in strijd was met de Dienstenrichtlijn en dat er mogelijkheden waren voor afwijking van het bestemmingsplan. De rechtbank oordeelde dat de weigering van de vergunning terecht was, omdat het splitsingsverbod niet evident in strijd was met de Dienstenrichtlijn en de gemeente zich terecht op het standpunt stelde dat de woning niet voldeed aan de voorwaarden voor splitsing. De rechtbank concludeerde dat de gemeente in redelijkheid had kunnen besluiten om geen vergunning te verlenen, en verklaarde het beroep ongegrond. Eiser kreeg geen griffierecht terug en geen vergoeding van proceskosten.