Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 31 oktober 2024 uitspraak gedaan in een vervolgberoep tegen de maatregel van bewaring die op 5 september 2024 aan eiser is opgelegd door de minister van Asiel en Migratie. Eiser, die stelt dat hij de Pakistaanse nationaliteit heeft en geboren is op [datum] 2000, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft besloten dat een onderzoek ter zitting niet nodig was en heeft het onderzoek op 30 oktober 2024 gesloten.
De rechtbank overweegt dat zij op basis van het digitale dossier en de overgelegde stukken voldoende informatie heeft om zonder zitting uitspraak te doen. Eiser heeft aangevoerd dat verweerder had moeten volstaan met een lichter middel, zoals een meldplicht, omdat hij geen identiteitsbewijs heeft en een DNA-onderzoek nodig is voor de erkenning van zijn zoon. De rechtbank oordeelt echter dat de gronden voor de maatregel van bewaring nog steeds van toepassing zijn en dat er een risico bestaat dat eiser zich aan het toezicht zal onttrekken.
De rechtbank heeft eerder de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring getoetst en concludeert dat er geen nieuwe feiten zijn gepresenteerd die aanleiding geven voor een ander oordeel. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.