ECLI:NL:RBDHA:2024:17568
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van herhaalde aanvraag en frauduleuze documenten
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Arnhem, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, van Soedanese nationaliteit, diende op 27 december 2023 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning asiel, maar deze werd door de minister van Asiel en Migratie op 14 augustus 2024 niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft op 3 oktober 2024 de zaak behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde, alsook de gemachtigde van de minister aanwezig waren. De rechtbank heeft het verzoek om aanhouding afgewezen en zich vervolgens gebogen over de vraag of de minister de aanvraag terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard.
De rechtbank concludeert dat de minister dit terecht heeft gedaan. Eiser had eerder al meerdere aanvragen ingediend die allemaal waren afgewezen, en de rechtbank oordeelt dat er geen relevante nieuwe elementen zijn aangevoerd die de aanvraag opnieuw zouden kunnen rechtvaardigen. De minister had twijfels over de echtheid van de ingediende documenten, waaronder een kopie van de geboorteakte en een verklaring van de Soedanese ambassade, die volgens Bureau Documenten hoogstwaarschijnlijk frauduleus waren verkregen. Eiser betoogde dat de minister het besluit niet zorgvuldig had voorbereid, omdat de verklaring van Bureau Documenten pas na het besluit aan hem was gestuurd. De rechtbank oordeelt echter dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij hierdoor in zijn belangen is geschaad.
De rechtbank wijst erop dat de minister op het advies van Bureau Documenten mocht afgaan, omdat dit deskundigenadvies zorgvuldig tot stand was gekomen. Eiser heeft geen concrete aanknopingspunten aangedragen om te twijfelen aan de conclusies van Bureau Documenten. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en veroordeelt de minister in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.750,-. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen kunnen binnen een week hoger beroep aantekenen.