Op 1 oktober 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland betreffende een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor de minderjarige, geboren in 2007. Deze beschikking volgt op een eerder verleende spoedmachtiging van 18 september 2024, die de minderjarige toestond om in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te verblijven. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de minderjarige, haar advocaat, en vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling aanwezig waren. De kinderrechter heeft de minderjarige gehoord en haar zorgen over haar huidige situatie besproken.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige zich in een onveilige situatie bevindt, met zorgen over haar gedrag en haar netwerk. Er zijn aanwijzingen dat zij zich opnieuw omringt met problematische invloeden, waaronder meerderjarige mannen met een crimineel verleden. De kinderrechter oordeelt dat een gesloten plaatsing noodzakelijk is om de veiligheid van de minderjarige te waarborgen en haar te stabiliseren. De kinderrechter heeft de zorgen van de gecertificeerde instelling onderschreven en benadrukt dat er geen minder ingrijpende alternatieven zijn om de problemen van de minderjarige aan te pakken.
De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de duur van zes weken, van 1 oktober 2024 tot 12 november 2024, en benadrukt het belang van een zorgvuldige aanpak in deze periode, met aandacht voor de toekomst van de minderjarige en de mogelijkheden voor dagbesteding en vervolgplaatsing.