ECLI:NL:RBDHA:2024:17129

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 oktober 2024
Publicatiedatum
22 oktober 2024
Zaaknummer
NL24.37073
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Asielaanvraag en politieke uiting; gegrondverklaring van het beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 17 oktober 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, had beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Asiel en Migratie, dat zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) niet had gevraagd naar mogelijke politieke activiteiten van eiser bij terugkeer naar zijn land van herkomst, wat in strijd is met de richtlijnen van het Hof van Justitie van de Europese Unie en de Raad van State. Dit aspect was cruciaal voor de beoordeling van de asielaanvraag.

Daarnaast heeft de rechtbank overwogen dat, hoewel eiser problemen ondervindt vanwege zijn etniciteit, hij in zijn land van herkomst in staat is om een leven te leiden boven de minimumstandaarden. De rechtbank concludeerde dat de IND in redelijkheid had kunnen vaststellen dat eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij tot een sociale groep behoort die bescherming behoeft. De rechtbank heeft verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.750,00. De uitspraak is openbaar gedaan en er is een termijn van twee weken gesteld voor het nemen van een nieuw besluit door verweerder of het instellen van hoger beroep door eiser.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.37073
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , V-nummer: [v-nummer] , eiser

(gemachtigde: mr. M.A.L. van de Glind),
en

de Minister van Asiel en Migratie, verweerder

(gemachtigde: mr. Y.D. Ancion).

Procesverloop

Bij besluit van 22 september 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep, tezamen met de zaak NL24.37074, op 17 oktober 2024 op zitting behandeld. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen Y. Atajé. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.750,00.

Overwegingen

1. De rechtbank geeft hiervoor de volgende motivering.
2. Het beroep is gegrond omdat de IND niet heeft gevraagd naar mogelijke politieke activiteiten bij terugkeer in het gebied in het land van herkomst. Dat moet wel. Dat zegt het Hof van Justitie van de Europese Unie en ook de Raad van State heeft dat gezegd. Daar moet de IND naar vragen: wat gaat u doen met uw politieke mening? De rechtbank kan daar geen oordeel over geven, want de rechtbank is geen beslissingsautoriteit.
Verder is het besluit, waar het gaat om discriminatie om etniciteit, wel goed. Hoe ongelooflijk rot het moet zijn om in het land te wonen waar eiser niet alles kan doen wat hij zou willen, blijkt niet dat eiser niet toch een leven kunt leiden boven de minimumstandaarden. Eiser kan wel werken, een opleiding volgen en naar school. In principe is dat volgens vaste jurisprudentie voldoende.
2.1.
Met betrekking tot de stelling tot het behoren tot een sociale groep, enerzijds omdat eiser tegen de Taliban is, en familie van generaal Dostum anderzijds, heeft verweerder in redelijkheid kunnen concluderen dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij tot een dergelijke sociale groep behoort. Als de rechtbank kijkt naar wat eiser heeft verklaard tijdens het gehoor, is het onduidelijk of de problemen vanwege eisers familieband met generaal Dostum zijn gekomen of omdat de Taliban nu eenmaal is zoals ze is.
2.2.
Verder heeft verweerder eisers aanvraag op twee punten kennelijk ongegrond verklaard: omdat eiser is ingereisd met een Colombiaans paspoort, maar ook omdat eiser zijn Afghaanse paspoort in het vliegtuig naar Nederland heeft verscheurd. Verweerder heeft dat aan eiser mogen tegenwerpen, allebei.
2.3.
Dat is de uitspraak. Verweerder krijgt van de rechtbank twee weken de tijd om opnieuw een besluit te nemen of een week om in hoger beroep te gaan. Dat geldt ook voor eiser.
3. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiser gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.750,00 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 875,- en een wegingsfactor 1).
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 17 oktober 2024 door mr. M.D. Gunster, rechter, in aanwezigheid van mr. J.R. Froma, griffier.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking van dit proces-verbaal.