In deze zaak heeft een minderjarige, via een informele rechtsingang, verzocht om wijziging van de zorgregeling met betrekking tot haar verblijf bij de ouders. De minderjarige, die bij de vader woont, wenst minder vaak naar haar moeder te gaan, omdat de communicatie tussen de ouders niet goed verloopt en zij meer rust nodig heeft om zich te concentreren op school. De rechtbank heeft op 22 oktober 2024 de beschikking gegeven, waarin het verzoek van de minderjarige is toegewezen. De rechtbank oordeelt dat de zorgregeling moet worden aangepast, zodat de minderjarige eens in de drie weken van vrijdag uit school tot zondagavond bij de moeder verblijft. De rechtbank benadrukt dat het in het belang van de minderjarige is om meer rust te krijgen, vooral gezien de eerdere procedures die de ouders hebben gevoerd, die een negatieve impact op haar schoolresultaten hebben gehad. De ouders zijn beide gehoord en de rechtbank heeft de zorgen van de moeder over de communicatie en de psychologische hulp voor de minderjarige meegewogen. De rechtbank heeft ook een brief aan de minderjarige gestuurd om de beslissing uit te leggen, waarin de rechtbank de minderjarige aanmoedigt om haar opleiding goed af te maken en haar toekomst positief tegemoet te zien.