ECLI:NL:RBDHA:2024:17042
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag van eiser met Somalische nationaliteit en problemen met Al-Shabaab
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 11 oktober 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Somalische jongeman, heeft op 3 juli 2023 een asielaanvraag ingediend in Nederland, na ernstige bedreigingen van de terroristische organisatie Al-Shabaab. Eiser stelt dat zijn vader en broer door Al-Shabaab zijn opgepakt en dat hij zelf ook bedreigd is. De minister van Asiel en Migratie heeft de aanvraag echter afgewezen, omdat de verklaringen van eiser niet geloofwaardig werden geacht in vergelijking met beschikbare informatie over Al-Shabaab.
De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard. De rechtbank oordeelt dat de minister onvoldoende rekening heeft gehouden met het referentiekader van eiser, dat zijn persoonlijke omstandigheden en achtergrond niet adequaat zijn meegenomen in de beoordeling van de geloofwaardigheid van zijn verklaringen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister niet voldoende heeft onderbouwd waarom de verklaringen van eiser over zijn problemen met Al-Shabaab niet geloofwaardig zijn, vooral gezien zijn jonge leeftijd ten tijde van de gebeurtenissen.
De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en de minister opgedragen om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen, waarbij rekening moet worden gehouden met de overwegingen in deze uitspraak. Tevens is de minister veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan eiser, die zijn vastgesteld op € 1.750,-. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten in hoger beroep.