Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 augustus 2024 uitspraak gedaan in een beroep tegen de voortduren van de maatregel van bewaring van eiser, die van Algerijnse nationaliteit is. De maatregel van bewaring was opgelegd door de minister van Asiel en Migratie op 3 maart 2024 op basis van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen deze maatregel en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft het vooronderzoek gesloten op 30 juli 2024 en bepaald dat een onderzoek ter zitting niet nodig was.
De rechtbank heeft de rechtmatigheid van de maatregel van bewaring eerder getoetst en vastgesteld dat deze tot 15 juli 2024 rechtmatig was. Eiser voerde aan dat de minister onvoldoende voortvarend handelt in de verwijdering, maar de rechtbank oordeelde dat er geen concrete aanleiding was om te twijfelen aan de informatie van de minister. Eiser had zelf de mogelijkheid om een vertrekgesprek aan te vragen, wat hij niet had gedaan. De rechtbank benadrukte dat eiser de rechtsplicht heeft om Nederland te verlaten en dat hij volledige medewerking aan zijn uitzetting dient te verlenen.
De rechtbank concludeerde dat er geen feiten of omstandigheden waren die aanleiding gaven om de maatregel van bewaring op te heffen. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De uitspraak is gedaan door rechter N.M. Spelt en is openbaar gemaakt op 6 augustus 2024.