Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 6 juni 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 12 november 2023 was ingediend. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft de zaak behandeld zonder zitting op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank overweegt dat volgens artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit. Eiser had de ingebrekestelling op 16 mei 2024 ingediend, maar de wettelijke beslistermijn was verlengd door de inwerkingtreding van de WBV 2023/3, waardoor de beslistermijn pas op 12 februari 2025 eindigde. De rechtbank concludeert dat de ingebrekestelling te vroeg is ingediend, aangezien de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Hierdoor is het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.