In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 10 september 2024, wordt een verzoek behandeld van de Raad voor de Kinderbescherming betreffende de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2009. De kinderrechter heeft de minderjarige, hierna te noemen [de minderjarige], voorlopig onder toezicht gesteld en eerder een machtiging verleend voor uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie. De Raad verzoekt nu om de ondertoezichtstelling voor een jaar te verlengen en een machtiging tot uithuisplaatsing in een open setting te verlenen, gezien de ernstige gedragsproblemen van [de minderjarige], waaronder agressie, wegloopgedrag en alcoholmisbruik. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 september 2024 zijn de moeder, haar advocaat en vertegenwoordigers van de gecertificeerde instelling aanwezig geweest. De kinderrechter heeft de zorgen over [de minderjarige] besproken, evenals de positieve ontwikkeling die zij momenteel doormaakt in een open setting bij [zorgaanbieder]. De kinderrechter oordeelt dat de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing noodzakelijk zijn voor de verzorging en opvoeding van [de minderjarige]. De kinderrechter wijst het verzoek van de Raad toe en stelt de ondertoezichtstelling in met ingang van 10 september 2024 tot 10 september 2025, evenals de machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder voor dezelfde periode. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.