3.4.[gedaagde] vordert dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
1. bepaalt dat [eiseres] – binnen één week na betekening van het vonnis –
schriftelijk via haar advocaat drie makelaars dient aan te wijzen waarvan [gedaagde] er één kiest, bij gebreke waarvan het [gedaagde] vrij staat om zélf een makelaar aan te wijzen;
2. bepaalt dat [eiseres] haar medewerking dient te verlenen aan het verstrekken van de
volgende opdracht aan de gekozen makelaar:
Geachte heer/mevrouw,
Partijen verstrekken aan u een opdracht tot het verrichten van een NWWI gevalideerde
taxatie met betrekking tot de woning aan het [adres 1] te [plaats 1] , welke taxatie
op een zo kort mogelijke termijn doch uiterlijk binnen één maand na heden dient te zijn
uitgevoerd. Het doel van de taxatie is het verkrijgen van inzicht in de waarde in het
economisch verkeer per datum taxatie in verband met een verdeling van de woning in het
kader van een echtscheiding. De taxatie dient plaats te vinden buiten aanwezigheid van
beide partijen en de communicatie dient uitsluitend te verlopen in transparantie (dat wil
zeggen met beide advocaten gelijktijdig) via de wederzijdse betrokken advocaten. Partijen
zullen ieder de helft van uw nota voldoen.;
3. bepaalt dat [gedaagde] binnen één maand na ontvangst van het NWWI gevalideerd
taxatierapport dient aan te geven a) of hij de woning aan het [adres 1] tegen de getaxeerde waarde wenst over te nemen en b) of hij in staat is om [eiseres] te doen ontslaan uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor hypothecaire geldlening;
4. bepaalt dat – indien hij de woning aan het [adres 1] tegen de getaxeerde waarde wil en kan overnemen (zie hierover onder 3) – de woning wordt toebedeeld aan [gedaagde] tegen de waarde die volgt uit het hiervoor bedoelde taxatierapport onder de verplichting om de helft van de overwaarde aan [eiseres] te voldoen en onder de verplichting om [eiseres] gelijktijdig te doen ontslaan uit de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de op de woning rustende hypotheekschuld alsmede te bepalen dat de levering dient plaats te vinden binnen drie maanden na ontvangst van het taxatierapport bij gebreke waarvan de woning op de wijze zoals hierna te noemen onder het kopje “subsidiair” dient te worden verkocht;
5. [gedaagde] machtigt, voor het geval [eiseres] niet meewerkt aan het bepaalde onder 2,
om mede namens [eiseres] opdracht te verstrekken aan de makelaar zoals genoemd
onder 2;
6. bepaalt dat [eiseres] – uiterlijk twee weken voor de hiervoor onder 4 genoemde
datum van levering – de woning aan het [adres 1] leeg, bezemschoon en schadevrij (ten opzichte van het moment van taxatie) dient op te leveren, te bepalen dat partijen dat moment van inspectie dienen te verrichten ten overstaan van de hiervoor onder 2 genoemde makelaar
of een van diens medewerkers;
7. [gedaagde] machtigt, voor het geval de makelaar zou constateren dat [eiseres] de
woning niet op de hiervoor onder 6 omschreven wijze zou opleveren, om namens [eiseres] opdracht te verstrekken teneinde te bewerkstelligen dat de woning aan het [adres 1] – op kosten van [eiseres] – leeg en bezemschoon wordt opgeleverd en dat eventuele schade die ontstaan is tussen het moment van taxatie en het moment van oplevering – op kosten van [eiseres] – wordt hersteld;
8. bepaalt dat het in deze te wijzen vonnis in de plaats treedt van de voor de
eigendomsoverdracht en levering van de woning aan het [adres 1] noodzakelijke wilsverklaring en/of handtekening van [eiseres] , als zij niet vrijwillig medewerking verleent aan de levering van haar onverdeeld aandeel in de woning aan [gedaagde] op eerste afroep van de transporterende notaris;
althans subsidiair, namelijk voor het geval de rechtbank de ofwel de primaire vordering
zou afwijzen of [gedaagde] de woning aan het [adres 1] niet tegen de getaxeerde waarde wil of kan overnemen, (zie hiervoor onder 3):
1. [eiseres] veroordeelt om – bij toewijzing van de primaire vordering doch wanneer [gedaagde] de vragen onder 3a en b negatief zou beantwoorden: binnen één week na die datum dan wel bij afwijzing van de primaire vordering: binnen één week na betekening van het vonnis – haar onvoorwaardelijke medewerking te verlenen aan het verstrekken van een opdracht ter verkoop van de woning aan het [adres 1] , waarbij de keuze van de makelaar zal wordenbepaald op de wijze zoals hiervoor vermeld onder de primaire vordering I.1;
2. [eiseres] veroordeelt tot het onvoorwaardelijk opvolgen van schriftelijke aanwijzingen
van de makelaar ter zake het verkoopklaar maken van de woning aan het [adres 1] , zulks op straffe van een dwangsom van € 500 per dag of gedeelte daarvan dat [eiseres] na betekening van het vonnis hieraan niet haar medewerking verleent;
3. [eiseres] veroordeelt haar medewerking te verlenen aan verkoop van in die
zin dat zij – op eerste verzoek – toegang verschaft aan de makelaar en geïnteresseerden,
zulks op straffe van een dwangsom van € 500 per dag of gedeelte daarvan dat de
vrouw na betekening van het vonnis hieraan niet haar medewerking verleent;
4. [eiseres] veroordeelt mee te werken aan het opstellen en ondertekenen van een
verkoopovereenkomst met betrekking tot de woning aan het [adres 1] tegen een door de makelaar reëel geachte verkoopprijs, zulks op straffe van een dwangsom van € 500 per dag of gedeelte daarvan dat [eiseres] na betekening van het vonnis hieraan niet haar medewerking verleent;
5. [eiseres] veroordeelt haar medewerking te verlenen aan de levering van de woning aan het [adres 1] aan een koper en te bepalen dat bij gebreke van een vrijwillige medewerking door [eiseres] het door rechtbank in deze te wijzen vonnis in de plaats treedt van de tot levering bestemde notariële akte waarvoor toestemming van [eiseres] is vereist, een en ander op grond van artikel 3:300 lid 2 jo 3:301 BW;
6. te gelasten dat de overwaarde (verkoopopbrengst, minus hypothecaire restschuld, minus
de kosten van de makelaar en notaris) tussen partijen bij helfte zal worden verdeeld;
II. [eiseres] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan [gedaagde] te voldoen een bedrag groot € 56.272,49 in het kader van het regresrecht voor de
aflossing van de schuld aan de ING Bank, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank
juist acht, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na heden tot de dag
van de algehele voldoening;
III. [eiseres] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan [gedaagde] te voldoen een bedrag groot € 1.573,13 in het kader van het regresrecht voor de
betaling van De Goudse, althans een zodanig bedrag als uw rechtbank juist acht, te
vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na heden tot de dag van de
algehele voldoening;
IV. [eiseres] veroordeelt om binnen veertien dagen na betekening van het vonnis aan de
man te voldoen een bedrag groot € 2.893,37, te vermeerderen met de wettelijke rente
vanaf veertien dagen na heden tot de dag van de algehele voldoening;
V. [eiseres] veroordeelt in de kosten van deze procedure in reconventie, inclusief de
nakosten, en – voor het geval de (na)kosten niet binnen veertien dagen na vonnis worden
voldaan – te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten te rekenen vanaf
bedoelde termijn voor voldoening.