ECLI:NL:RBDHA:2024:15986

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 oktober 2024
Publicatiedatum
4 oktober 2024
Zaaknummer
C/09/24/91 R
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) en afwijzing verzoek eerdere ingangsdatum

Op 4 oktober 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bodemzaak betreffende de toelating van een verzoeker tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De verzoeker, die zich in een problematische schuldensituatie bevindt, heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker voldoet aan de voorwaarden voor toelating, maar heeft het verzoek om een eerdere ingangsdatum van de WSNP afgewezen. De rechtbank heeft de procedure behandeld op 30 september 2024, waarbij de verzoeker en zijn schuldhulpverleners aanwezig waren. De rechtbank heeft de relevante wetgeving en de inspanningsverplichting van de verzoeker in overweging genomen, waarbij is vastgesteld dat de verzoeker niet heeft voldaan aan de sollicitatieplicht die aan de WSNP is verbonden. De rechtbank heeft de termijn van de WSNP vastgesteld op achttien maanden, te rekenen vanaf de datum van de uitspraak. Tevens zijn alle gelegde beslagen opgeheven en is de bewindvoerder benoemd. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft de verzoeker geïnformeerd over de verplichtingen die voortvloeien uit de WSNP.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANKDEN HAAG
Team Insolventies
insolventienummer: C/09/24/91 R
vonnis van 4 oktober 2024 (bij vervroeging)
op het verzoek van:
[verzoeker] ,
wonende te [adres] ,
[postcode] [woonplaats] .
Waar deze zaak over gaat
[verzoeker] bevindt zich in een problematische schuldensituatie. Om tot een oplossing voor zijn schulden te komen heeft [verzoeker] een verzoek gedaan te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). Dit verzoek wordt toegewezen. De rechtbank legt hierna uit waarom zij zo beslist.

1.De procedure

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de WSNP.
1.2.
De hierna genoemde schuldhulpverlener heeft de rechtbank op 23 september 2024 aanvullende stukken toegezonden.
1.3.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 30 september 2024. Met de uitnodiging voor deze zitting is aan [verzoeker] een WSNP-informatieboekje meegezonden. Op de zitting verschenen:
- [verzoeker] ,
- de heer M. Boukens, schuldhulpverlener van Verder,
- mevrouw D.S. van ’t Hof, schuldhulpverlener van de gemeente Alphen aan den Rijn.

2.De beoordeling van het verzoek

Toelating tot de WSNP

2.1.
[verzoeker] kan alleen worden toegelaten tot de WSNP als hij zich in een problematische schuldensituatie bevindt en hij te goeder trouw was bij het ontstaan en onbetaald laten van zijn schulden. De rechtbank kijkt daarbij vooral naar de afgelopen drie jaar. Ook moet de verwachting bestaan dat [verzoeker] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.
2.2.
[verzoeker] voldoet aan alle eisen en wordt toegelaten tot de WSNP.
2.3.
De verplichtingen waaraan [verzoeker] tijdens de WSNP moet voldoen staan in het WSNP-informatieboekje beschreven. Samengevat komt dit neer op: een informatieverplichting, een inspanningsverplichting, een verplichting geen nieuwe schulden te laten ontstaan en een afdrachtverplichting.
2.4.
De wet schrijft voor dat de eerste dertien maanden van het traject een postblokkade geldt. Gedurende deze periode zal alle post naar de bewindvoerder gaan. De bewindvoerder stuurt de post na controle weer door aan [verzoeker] .
2.5.
Het WSNP-traject duurt in principe achttien maanden. Als [verzoeker] zich gedurende die periode houdt aan alle verplichtingen die de WSNP met zich brengt, eindigt het traject na verloop van die achttien maanden met de zogenoemde “schone lei”. Dit betekent dat schuldeisers hun vorderingen ten aanzien waarvan de WSNP werkt niet meer op [verzoeker] kunnen verhalen.
Ingangsdatum looptijd van de WSNP
2.6.
Artikel 349a lid 1 van de Faillissementswet (Fw) bepaalt sinds 1 juli 2023 dat de termijn van de WSNP begint te lopen (ingaat) op de dag van de uitspraak tot de toepassing van de WSNP, dan wel van de dag waarop de eerste aflossing is gedaan in het kader van een buitengerechtelijke schuldregeling indien die dag eerder is gelegen.
2.7.
[verzoeker] verzoekt de ingangsdatum van de WSNP te bepalen op een datum elf maanden voorafgaand aan de datum van een te wijzen toelatingsvonnis.
2.8.
De rechtbank neemt bij de beoordeling van een verzoek om een eerdere ingangsdatum – en daarmee bij de beoordeling van de vraag of sprake is van aflossingen in het kader van een buitengerechtelijke schuldregeling – onder meer het volgende tot uitgangspunt: (1) aflossen is maximaal aflossen, (2) de hoogte van de aflossing wordt vastgesteld aan de hand van het vrij te laten bedrag (Vtlb) zoals berekend met de Vtlb-calculator die via het internet beschikbaar is en (3) invulling van de inspanningsplicht zoals in de WSNP [1] :
a. Sollicitatieplicht die op dezelfde wijze wordt ingevuld als in de WSNP.
b. Controle op sollicitatieplicht op vergelijkbare wijze als in de WSNP.
c. Eventuele vrijstelling sollicitatieplicht op vergelijkbare wijze als in de WSNP.
2.9.
Een eerdere ingangsdatum (een ingangsdatum vóór de dag van de WSNP-uitspraak) betekent dat vanaf die eerdere datum de WSNP-regeling met de daaraan verbonden WSNP-verplichtingen gaat gelden. Een van die WSNP-verplichtingen is de inspanningsverplichting. In dat kader is relevant dat [verzoeker] medisch is gekeurd ter vaststelling van zijn arbeids(on)geschiktheid. De GGD heeft op 2 januari 2024 in dit verband een Sociaal Medisch Advies uitgebracht. Hieruit volgt – samengevat – dat [verzoeker] arbeidsgeschikt is verklaard voor lichte fysieke werkzaamheden voor 16 uur per week die passend zijn in verband met zijn
beperkingen. Dit betekent dat de inspanningsverplichting voor [verzoeker] inhoudt
dat hij vanaf de verzochte eerdere ingangsdatum ten minste 16 uur per week had moeten werken of (aanvullend) had moeten solliciteren. Dit heeft [verzoeker] niet gedaan. Hierdoor heeft hij niet voldaan aan de inspanningsverplichting.
2.10.
De rechtbank zal het verzoek om een eerdere ingangsdatum van de WSNP daarom afwijzen.

3.De beslissing

De rechtbank:
- spreekt de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit ten aanzien van:
[verzoeker],
geboren op [geboortedatum] 1961 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] , [postcode] [woonplaats] ;
- stelt de termijn van deze regeling vast op achttien maanden, te rekenen
vanaf 4 oktober 2024;
- stelt vast dat door deze uitspraak alle gelegde beslagen komen te vervallen;
- benoemt tot rechter-commissaris mr. R. Cats en tot bewindvoerder:
R. Springer,
postbus 2888, 2601 CW Delft;
- geeft de bewindvoerder opdracht om de komende dertien maanden de post van [verzoeker] in te zien;
- bepaalt dat de bewindvoerder een voorschot op de vergoeding mag nemen volgens het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering. Dit kan alleen:
- zolang de schuldsaneringsregeling loopt en
- voor zover de boedel toereikend is;
- wijst af het meer of anders verzochte.
Dit is een beslissing van mr. J.R. Hagendoorn, rechter, in samenwerking met C. Groesbeek, griffier. Deze beslissing is in het openbaar uitgesproken op 4 oktober 2024 (bij vervroeging).

Voetnoten

1.Zie ook: Bijlage III (Landelijk uniforme beoordelingscriteria toelating schuldsaneringsregeling) bij het vanaf 1 juli 2023 geldende Landelijk procesreglement verzoekschriftprocedures insolventiezaken rechtbanken, onder 5.3.6.