ECLI:NL:RBDHA:2024:15950
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de afwijzing van een verzoek om overneming van een private schuld op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 3 oktober 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek om overneming van een private schuld op basis van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht) beoordeeld. Eiser, die slachtoffer is van de kinderopvangtoeslagenaffaire, had een verzoek ingediend om zijn schuld aan woningbouwcorporatie De Goede Woning (DGW) over te nemen door Sociale Banken Nederland (SBN). De rechtbank constateert dat het primaire besluit van 2 maart 2023 en het bestreden besluit van 18 augustus 2023, waarin de afwijzing van het verzoek werd gehandhaafd, niet deugdelijk gemotiveerd zijn. De rechtbank oordeelt dat verweerder niet voldoende heeft onderbouwd waarom de hardheidsclausule niet is toegepast, ondanks de schrijnende omstandigheden waarin eiser en zijn gezin zich bevinden. De rechtbank wijst erop dat de schuld aan DGW, die voortvloeit uit de verwaarlozing van de woning, in samenhang moet worden gezien met de problemen die het gezin heeft ondervonden door de toeslagenaffaire. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en verklaart het beroep gegrond, waarbij verweerder wordt opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Tevens moet verweerder het griffierecht van € 50,- vergoeden en een proceskostenvergoeding van € 1.750,- betalen aan eiser.