ECLI:NL:RBDHA:2024:15349

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 september 2024
Publicatiedatum
26 september 2024
Zaaknummer
NL24.27256
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag Nigeriaan wegens ongeloofwaardige problemen met politie en cult

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, wordt het beroep van een Nigeriaanse eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. De eiser, geboren in 1997, heeft op 26 oktober 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de minister op 1 juli 2024 als ongegrond is afgewezen. De rechtbank heeft de zaak op 29 augustus 2024 behandeld, waarbij de gemachtigde van de minister, de eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals een tolk.

De eiser stelt dat hij bedreigd is door de cult Blue Bird en dat hij problemen heeft ondervonden met de politie en SARS. Hij beweert dat hij gediscrimineerd is vanwege zijn etniciteit en dat hij problemen heeft gehad door zijn deelname aan demonstraties. De rechtbank oordeelt dat de minister de asielaanvraag terecht heeft afgewezen, omdat de gestelde problemen ongeloofwaardig zijn. De rechtbank concludeert dat de minister niet ten onrechte heeft gesteld dat de verklaringen van de eiser over zijn problemen met de politie en SARS niet geloofwaardig zijn en dat de minister de asielmotieven van de eiser niet als afzonderlijke asielelementen hoefde te beschouwen.

De rechtbank wijst erop dat de eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd om zijn relaas te onderbouwen. De verklaringen van de eiser zijn tegenstrijdig en inconsistent, en de documenten die hij heeft overgelegd, bieden onvoldoende ondersteuning voor zijn claims. De rechtbank concludeert dat de minister terecht heeft geoordeeld dat de asielaanvraag ongegrond is en dat het beroep van de eiser niet slaagt. De uitspraak is gedaan door mr. E.E.M. van Abbe en is openbaar gemaakt op 6 september 2024.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL24.27256
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser] , V-nummer: [V nummer] , eiser (gemachtigde: mr. C.T.W. van Dijk),

en

de minister van Asiel en Migratie1, (gemachtigde: mr. K. Kana).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag. Eiser stelt dat hij de Nigeriaanse nationaliteit heeft en dat hij is geboren op [geboortedatum] 1997. Hij heeft op 26 oktober 2022 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. De minister heeft met het bestreden besluit van 1 juli 2024 deze aanvraag in de algemene procedure afgewezen als ongegrond.
1.1.
De rechtbank heeft het beroep op 29 augustus 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van verweerder, eiser, de gemachtigde van eiser en
A.K. Umar als tolk.

Beoordeling door de rechtbank

2. De rechtbank beoordeelt of de minister de asielaanvraag van eiser heeft mogen afwijzen. Zij doet dat aan de hand van de beroepsgronden van eiser.
Het asielrelaas
3. Eiser legt aan zijn asielaanvraag het volgende ten grondslag. Een vriend van eiser, [A] , wilde dat eiser lid werd van de cult Blue Bird, dan zou hij geld krijgen van hen, maar eiser wilde dat niet. Eiser is toen bedreigd dat ze hem zouden vermoorden en dat ze zijn familie zouden aanvallen als hij weigerde lid te worden. Verder stelt eiser dat hij is gediscrimineerd vanwege zijn etniciteit. Eiser kreeg geen werk omdat hij van de [stam] is en een bus waarin eiser zat is aangevallen door Fullani herdsmen, omdat hij christen is. Tenslotte stelt eiser dat hij problemen heeft ondervonden vanwege zijn deelname aan demonstraties aan [naam] . Eiser is toen door de politie opgepakt en twee dagen vastgehouden.
1. Voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Zowel de minister als de staatssecretaris worden voor de leesbaarheid in deze uitspraak aangeduid als de minister.
Het bestreden besluit
4. Het asielrelaas van eiser bevat volgens de minister de volgende relevante elementen:
1. identiteit, nationaliteit en herkomst;
2. problemen met de cult Blue Bird;
3. problemen vanwege etniciteit;
4. problemen vanwege deelname aan demonstraties van [naam] .
De minister stelt zich hierover op het standpunt dat asielelement 1 geloofwaardig is, maar dat de asielelementen 2, 3 en 4 niet geloofwaardig zijn. Volgens de minister zijn eisers verklaringen over zijn problemen met de cult Blue Bird vaag en niet te volgen, berusten de verklaringen over zijn problemen vanwege zijn etniciteit op aannames en zijn de verklaringen over zijn deelname aan demonstraties met [naam] en over zijn problemen met de politie tegenstijdig en vaag. De minister concludeert daarom dat de asielaanvraag wordt afgewezen als ongegrond.
Problemen met de politie en SARS
5. Eiser voert in beroep aan dat zijn problemen met de politie en SARS onderdeel zijn van de reden waarom hij uit Nigeria is vertrokken en dat de minister die problemen als apart asielelement had moeten beoordelen. Eiser heeft uitvoerig verklaard dat hij eind 2019 bij een checkpoint door SARS is bedreigd, geslagen en vernederd, omdat zijn NYSC2 uniform er nep uitzag. Daarbij is zijn vriend in zijn been geschoten. Eiser werd eruit gepikt, omdat hij een baard had. Hieruit blijkt dat eisers aanhouding persoonlijk op hem zijn gericht. Volgens eiser heeft de minister ten onrechte geen aandacht besteed aan zijn verklaringen over de incidenten met de politie bij de checkpoints en is de beschikking daarom onvoldoende gemotiveerd.
6. De rechtbank is van oordeel dat de minister zich niet ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat het relaas van eiser over gestelde problemen met de politie en SARS ongeloofwaardig is. De minister heeft op zitting toegelicht dat eisers problemen met de politie bij de checkpoints moeten worden onderscheiden van zijn problemen als gevolg van zijn deelname aan de demonstatie met [naam] . Daarbij heeft de minister de verklaringen van eiser over het incident met de politie bij een checkpoint in 2019 niet als een apart asielmotief hoeven aanmerken. Dit omdat eiser niet heeft toegelicht dat zijn problemen bij de checkpoints voor hem een directe aanleiding waren om zijn land te verlaten en dat niet is gebleken dat eiser als gevolg van die problemen is bedreigd. Eiser heeft verklaard dat de politie hem er bij het checkpoint in 2019 uit had uitgepikt, omdat hij een baard had en dat zijn vriend in zijn been is geschoten. Hieruit heeft de minister mogen afleiden dat de problemen met de checkpoints niet persoonlijk op eiser waren gericht.

Problemen vanwege deelname aan demonstraties van [naam]

7. Naar het oordeel van de rechtbank kan de minister er ook in worden gevolgd dat eiser tegenstrijdig heeft verklaard over zijn problemen vanwege zijn deelname aan de demonstratie van [naam] . De minister heeft zich op het standpunt kunnen stellen dat eisers verklaring dat hij is vrijgelaten nadat de politie zag dat er niets op zijn rekening stond, niet strookt met zijn verklaring dat hij is vrijgelaten nadat zijn vader had betaald. Daarbij heeft de minister mogen betrekken dat eiser heeft verklaard dat hij niet met zijn vader over de arrestatie heeft gesproken en dat is eiser ook niets ten laste gelegd.
2 National Youth Service Corps.
8. Eiser heeft daags voor de zitting nog twee documenten overgelegd ter onderbouwing van zijn problemen vanwege zijn deelname aan de demonstratie van [naam] . Het gaat om een ‘sworn affidavit of facts’, afgelegd op 17 augustus 2020 bij de Federal High Court of Delta State in Warri (affidavit) en een verklaring van 17 augustus 2020 van de Nigeriaanse politie. De rechtbank volgt de minister in het standpunt dat eiser ook met deze documenten zijn asielmotief onvoldoende heeft onderbouwd. Aan de documenten kan niet die waarde worden toegekend die eiser wil. De documenten zijn in het engels opgesteld en de inhoud van de documenten bevat tegenstrijdigheden met eisers relaas. Zo blijkt uit de politieverklaring dat eiser op 15 augustus 2020 is gearresteerd, terwijl eiser tijdens het nader gehoor eerst heeft gezegd dat hij niet wist wanneer en later dat dit in februari/maart 2020 was. Verder staat in de affidavit dat eiser als een voorbijganger getuige was van de demonstratie, maar dat hij niet was betrokken bij het protest. Dit strookt niet met eisers verklaring in het nader gehoor en op zitting dat hij deelnam aan de demonstratie van [naam] . Nu het gaat om een ‘sworn affidavit’ doet dit afbreuk aan de geloofwaardigheid van eisers verklaring en aan de inhoud van het document. Daarmee is het relaas van eiser niet consistent, wat niet bijdraagt aan de geloofwaardigheid. Het bericht van de NOS dat eiser in de zienswijze heeft overgelegd en waaruit blijkt dat er op demonstranten werd geschoten, maakt dit niet anders. Het bericht bevat alleen algemene informatie over de demonstraties van [naam] en onderbouwt de problemen van eiser onvoldoende.

Problemen cult Blue Bird

9. Eiser voert in beroep aan dat hij bijna dagelijks door [A] werd achtervolgd en bedreigd door leden van de cult Blue Bird. Eiser leefde elke dag in angst en moest over zijn schouder kijken. De politie hielp niet en eiser voelde zich erg onveilig. Eiser is ook met de dood bedreigd en volgens eiser was de dreiging zo groot dat hij zich daarom moest verschuilen. Eisers relaas is logisch en kloppend en daarmee niet geloofwaardig. Daarbij heeft de minister een onjuiste afweging gemaakt en op de dreiging niet doorgevraagd, wat onzorgvuldig is. Eiser woonde in groot gebied en de kerk ligt ver van zijn huis vandaan. Eiser kon dus wegrennen en verschillende routes naar huis nemen. Ook ging hij vaak schuilen in de kerk. Blijkbaar wist de cult eiser op vaste plekken te vinden en bedreigde men hem daar. Dat [A] niet wist waar eiser woonde en eiser niet naar zijn huis is gevolgd, is daarom niet vreemd. Het primaire doel van de cult was ook niet om zijn familie op te sporen, maar om eiser te rekruteren. De cult heeft niet alleen zijn telefoon afgepakt maar hem ook met de dood bedreigd, onder druk gezet en gestalkt. Zijn telefoon was het enige wat hij hen kon geven. Daarop stond ook belangrijke informatie, zoals foto’s van de plekken op zijn gezicht. Dat de cult bekend stond om hun gewelddadigheid, betekent volgens eiser niet dat ze dat ook naar hun ‘eigen’ mensen zijn. Ze wilden hem bij de clan, dus is het niet logisch dat zij dan direct heftig geweld jegens hem zouden toepassen. [A] was een kennis en geen vriend, die er mogelijk voor heeft gezorgd dat eiser minder hard werd aangepakt. Eiser vraagt zich af hoe hij de bedreiging door de cult moet bewijzen.
10. De rechtbank volgt eiser niet in zijn betoog. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de minister eiser mogen tegenwerpen dat hij over zijn problemen met de cult Blue Bird vaag heeft verklaard. Daarbij is de minister niet uitgegaan van onjuiste aannames, zoals eiser stelt. Dat eiser door de cult met de dood werd bedreigd en dat de dreiging zo groot dat hij zich daarom moest verschuilen, is niet aannemelijk gemaakt. Evenmin is gebleken dat de familie van eiser problemen van de cult heeft ondervonden. Eiser heeft verklaard dat hij veel binnen is gebleven om problemen te vermijden, maar deze verklaring ziet op eisers verblijf
in [plaats 1] en niet op zijn verblijf in [plaats 2] , de regio waar de cult actief is. De minister heeft het ook niet logisch hoeven vinden dat [A] eiser achtervolgde naar de kerk, maar hij niet wist waar eiser woonde. Dat het gebied groot was en de kerk ver van zijn huis vandaan, is daarvoor onvoldoende verklaring. De minister heeft het ook opmerkelijk mogen vinden dat de cult alleen zijn telefoon afpakte en daarna weer teruggaf en dat eiser gedurende 5 tot 6 maanden door [A] is lastiggevallen, maar dat hij iedere keer kon wegrennen, terwijl de cult bekend stond om zijn gewelddadigheid. Eisers stelling dat heftig geweld niet nodig was, omdat ze eiser bij de cult wilde hebben, is onvoldoende om de ongeloofwaardigheid van de problemen weg te nemen. Daarbij heeft de minister het opmerkelijk mogen vinden dat eiser in de zienswijze [A] een vriend noemt, terwijl eiser in beroep zegt dat hij slechts een kennis was. Het is de verantwoordelijkheid van eiser om zijn relaas met bewijsstukken en aannemelijke verklaringen te onderbouwen. Nu eiser daarin niet is geslaagd, heeft de minister aan zijn verklaringen over de problemen met de cult geen geloof hoeven hechten.
Problemen etniciteit
11. Eiser voert aan dat de problemen met de Fullani jegens de christenen al langere tijd in Nigeria spelen en dat eiser met het bericht van Intersociety zijn asielrelaas ook aannemelijk heeft gemaakt. Daarbij heeft de gehoorambtenaar over zijn religie slechts drie vragen gesteld, waarmee het besluit onzorgvuldig is voorbereid en onvoldoende is gemotiveerd. Dat eiser dit niet in de correcties en aanvullingen of in de zienswijze heeft aangevuld, kan hem niet worden verweten, omdat hij niet wist wat hem zou worden tegengeworpen.
11. De rechtbank is het met de minister eens dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat de aanval in de bus door de Fullani op hem persoonlijk was gericht vanwege zijn religie en dat dit berust op een vermoeden. Het bericht van Intersociety over de Fullani heeft de minister als onderbouwing van het relaas onvoldoende mogen vinden. Het bericht bevat alleen algemene informatie, waarmee eisers persoonlijke problemen vanwege zijn etniciteit niet zijn aangetoond. Van discriminatie vanwege afkomst of religie als daad van vervolging is dan ook geen sprake. Als eiser vindt dat in het nader gehoor te weinig is gevraagd naar zijn problemen of deze onvoldoende zijn weergegeven, dan ligt het op de weg van eiser om dat in zijn correcties en aanvullingen op het gehoor naar voren te brengen en zijn asielelement te verduidelijken. Dat eiser dat niet heeft gedaan, is aan hem toe te rekenen.
11. Gelet op het voorgaande heeft de staatssecretaris terecht geconcludeerd dat eiser niet in aanmerking komt voor een asielvergunning. Van een onzorgvuldig genomen of onvoldoende gemotiveerd besluit is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake. Het beroep slaagt niet.

Conclusie en gevolgen

14. De minister heeft de aanvraag terecht afgewezen als ongegrond. Het beroep is ongegrond. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.E.M. van Abbe, rechter, in aanwezigheid van mr. L.E. Mollerus, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
06 september 2024

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen 1 week na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.