Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser, V-nummer: [V-nummer] ,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 augustus 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser, die stelt staatloos te zijn en geboren op 1 januari 1975. De minister van Asiel en Migratie had op 12 juli 2024 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, omdat er een risico bestond dat eiser zich aan het toezicht zou onttrekken. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. De minister heeft de maatregel op 19 juli 2024 opgeheven, maar de rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat er voldoende zicht op uitzetting naar Jordanië bestond en dat de minister voldoende had gemotiveerd dat een lichter middel niet doeltreffend zou zijn. De rechtbank heeft ambtshalve getoetst of de maatregel van bewaring onrechtmatig was en kwam tot de conclusie dat dit niet het geval was. Het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen, en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 2 augustus 2024.