Uitspraak
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van 9 augustus 2024
[eiser] ,
[gedaagde sub 1] , TEVENS HANDELEND ONDER DE NAAM [handelsnaam],
2.
[gedaagde sub 2],
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kantonrechter op 9 augustus 2024 een mondelinge uitspraak gedaan over de ontbinding van een huurovereenkomst tussen [eiser] en [gedaagden] c.s. De eiser, vertegenwoordigd door mr. N.F. Barthel, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en betaling van huurachterstanden, kosten voor beslaglegging, een contractuele boete en buitengerechtelijke incassokosten. De gedaagden, vertegenwoordigd door mr. L.A. Uilkema, erkenden een huurachterstand van € 25.500,00, maar voerden aan dat deze was ontstaan door financiële problemen als gevolg van de coronacrisis en andere omstandigheden. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand van zodanige omvang was dat deze de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigde. De kantonrechter wees de vordering tot betaling van de contractuele boete af, omdat deze als oneerlijk werd aangemerkt. De gedaagden werden veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, de wettelijke rente en de kosten van beslaglegging. De ontruiming van het gehuurde werd vastgesteld voor 1 december 2024, met inachtneming van de belangen van minderjarige kinderen die in de woning verblijven. De kantonrechter heeft de proceskosten ten laste van de gedaagden gesteld en het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.