ECLI:NL:RBDHA:2024:12666

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 juli 2024
Publicatiedatum
12 augustus 2024
Zaaknummer
C/09/665935 / FA RK 24-3278
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging voorlopige voorzieningen in een echtscheidingsprocedure met betrekking tot kinderalimentatie en zorgregeling

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 31 juli 2024 uitspraak gedaan in een verzoek tot wijziging van voorlopige voorzieningen in het kader van een echtscheidingsprocedure. De vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. M. van Olffen, verzocht om wijziging van de eerder getroffen voorlopige voorzieningen, die op 18 oktober 2023 waren vastgesteld. De partijen zijn gehuwd sinds 16 april 2009 en hebben samen vier minderjarige kinderen. De vrouw verzocht om een verhoging van de kinderalimentatie en een wijziging van de zorgregeling, waarbij zij meer contact met de kinderen wenste.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de ingediende stukken, waaronder het verzoekschrift van de vrouw en het verweerschrift van de man, vertegenwoordigd door mr. W.N. Sardjoe. Tijdens de zitting op 3 juli 2024 zijn beide partijen verschenen, evenals een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming. De rechtbank heeft vastgesteld dat de omstandigheden sinds de eerdere beschikking zijn gewijzigd, maar oordeelde dat de vrouw niet voldoende heeft aangetoond dat de voorlopige voorzieningen niet in stand konden blijven. De rechtbank heeft de birdnestingregeling en de kinderalimentatie niet gewijzigd, omdat de vrouw onvoldoende belang had bij haar verzoek.

De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw tot wijziging van de voorlopige voorzieningen afgewezen, met de overweging dat de beslissingen in de echtscheidingsprocedure op dezelfde datum zijn genomen en dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die een wijziging rechtvaardigen. De beschikking is gegeven door kinderrechter mr. H.M. Boone, bijgestaan door griffier mr. R.P. Bas, en is uitgesproken ter openbare zitting.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 24-3278
Zaaknummer: C/09/665935
Datum beschikking: 31 juli 2024

Wijziging voorlopige voorzieningen

Beschikking op het op 7 mei 2024 ingekomen verzoek van:

[de vrouw] ,

de vrouw,
wonende in [woonplaats 1] , gemeente [gemeente 1] ,
advocaat: mr. M. van Olffen te Nootdorp.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de man] ,

de man,
wonende in [woonplaats 2] , gemeente [gemeente 2] ,
advocaat: mr. W.N. Sardjoe te ’s-Gravenhage.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het verzoekschrift van de vrouw;
  • het verweerschrift van de man, ingekomen op 18 juni 2024;
  • het F9-formulier van 20 juni 2024 van de vrouw, met brief en bijlagen.
Op 3 juli 2024 heeft de behandeling ter zitting plaatsgevonden op de
gecombineerde behandelingvan zowel onderhavig verzoek als het verzoek tot echtscheiding met nevenvoorzieningen (C/09/651269 / FA RK 23-5340) en het verzoek in het kader van artikel 1:253a van het Burgerlijk Wetboek (BW) (C/09/665893 / FA RK 24-3262). Op deze laatste verzoeken wordt bij afzonderlijke beschikking beslist.
Op de zitting zijn verschenen:
  • de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
  • de man, bijgestaan door zijn advocaat;
  • [naam] namens de Raad voor de Kinderbescherming (de Raad).

Feiten

  • Partijen zijn met elkaar gehuwd op 16 april 2009 te Houten.
  • Zij zijn de ouders van de volgende nu nog minderjarige kinderen:
  • [minderjarige 1] , geboren op [geboortedag 1] 2010 te ’ [geboorteplaats 1] ;
  • [minderjarige 2] , geboren op [geboortedag 2] 2011 te [geboorteplaats 2] ;
  • [minderjarige 3] , geboren op [geboortedag 3] 2015 te [geboorteplaats 2] ;
  • [minderjarige 4] , geboren op [geboortedag 4] 2018 te [geboorteplaats 2] .
  • De ouders oefenen het gezamenlijk gezag over de kinderen uit.
  • Partijen zijn gehuwd in gemeenschap van goederen.
  • Deze rechtbank heeft op 18 oktober 2023 voorlopige voorzieningen getroffen, voor zover van belang, inhoudende dat:
  • de minderjarigen aan de vrouw worden toevertrouwd;
  • met ingang van 3 november 2023 de volgende vierwekelijkse (birdnesting)regeling geldt:
- de vader draagt de zorg voor de kinderen in de echtelijke woning conform het volgende schema:
o in week 1: van vrijdag 19.00 uur tot maandag 09.00 uur;
o in week 2: van vrijdag 19.00 uur tot maandag 09.00 uur;
o in week 3: van vrijdag 17.30 uur tot maandag 09.00 uur;
o in week 4: van donderdag 19.30 uur tot 20.30 uur;
de moeder dient op deze momenten de woning te verlaten en mag deze verder niet meer betreden;
- de moeder is samen met de kinderen in de echtelijke woning op de momenten dat de vader niet de zorg heeft voor de kinderen, op deze momenten dient de vader de woning te verlaten en mag hij de woning verder niet meer betreden;
  • de moeder niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar verzoek omtrent diabetesbegeleiding;
  • de vader met ingang van 1 november 2023 aan de moeder een kinderalimentatie van € 256,- per kind per maand zal betalen.
  • De vrouw staat volgens de Basisregistratie Personen (BRP) met ingang van 5 april 2024 ingeschreven op het adres [adres] ( [postcode] ) te [woonplaats 1] , gemeente [gemeente 1] .
  • Bij beschikking van deze rechtbank van 31 juli 2024 is, voor zover hier relevant:
  • de echtscheiding tussen partijen uitgesproken;
  • bepaald dat de kinderen de hoofdverblijfplaats zullen hebben bij de vrouw;
  • bepaald dat de kinderen bij de man zullen zijn: om de week van donderdag uit school tot maandag naar school, waarbij de vrouw op donderdag de kinderen naar de man brengt en de man op maandag de twee jongste kinderen naar school brengt, en de helft van de vakanties;
  • de door de man met ingang van 31 juli 2024 te betalen kinderalimentatie op € 1.066,- per maand vastgesteld, wat neerkomt op € 267,- per kind per maand.
- Bij beschikking van deze rechtbank van 31 juli 2024 (C/09/665893 / FA RK 24-3262) heeft de rechtbank, voor zover hier relevant, de vrouw vervangende toestemming verleend voor een verhuizing met de kinderen naar het adres [adres] ( [postcode] ) te [woonplaats 1] , gemeente [gemeente 1] en voor de inschrijving van [minderjarige 3] en [minderjarige 4] op een school in [plaats] .

Verzoek en verweer

De vrouw verzoekt voornoemde beschikking te wijzigen in die zin dat de rechtbank nu:
  • een door de man aan de vrouw te betalen voorlopige kinderalimentatie vaststelt van € 313,15 per kind per maand, met ingang van 1 juli 2024;
  • een regeling inzake de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken (zorgregeling) vaststelt, vanaf 12 juli 2024, waarbij:
  • de vrouw recht heeft op contact met de kinderen in [plaats] (of een andere plaats naar haar believen) gedurende de helft van alle schoolvakanties, waarbij geldt dat in 2024 gedurende de zomervakantie zij contact zal hebben vanaf 2 augustus tot en met 23 augustus 2024;
  • de vrouw contact heeft met de kinderen, vanaf week 1 ingaande vanaf 25 augustus 2024, zondagavond 21.00 uur tot vrijdagnamiddag 19.00 uur 6 september 2024, en voorts iedere periode van twee weken daaropvolgend, van zondagnamiddag 21.00 uur tot en met (twee weken later) vrijdagnamiddag 19.00 uur;
voor zover mogelijk met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De man voert verweer dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken en verzoekt het verzoek tot wijziging voorlopige voorzieningen integraal niet-ontvankelijk te verklaren althans af te wijzen.

Beoordeling

Ontvankelijkheid
Op grond van artikel 824, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) kan een beschikking inhoudende voorlopige voorzieningen worden gewijzigd of ingetrokken indien de omstandigheden na het geven van de beschikking zijn gewijzigd of indien bij het geven van de beschikking in zodanige mate van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan dat, alle betrokken belangen in aanmerking genomen, de voorlopige voorzieningen niet in stand kan blijven.
Bij de toepassing van dit artikel geldt dat niet bij elke onjuistheid of onvolledigheid wijziging van de voorziening mogelijk is. Immers, met het opnemen van de zinsnede ‘in zodanige mate’ en ‘alle betrokken belangen in aanmerking genomen’ heeft de wetgever tot uitdrukking gebracht dat niet iedere onjuistheid of onvolledigheid van gegevens waarvan de rechtbank is uitgegaan tot een wijziging of intrekking kan leiden. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat het moet gaan om evidente, zeer sprekende gevallen en dat de wetgever een eventuele wijzigingsmogelijkheid aan een streng criterium heeft willen binden. Zou dit anders zijn, dan zou een verzoek tot wijziging van voorlopige voorzieningen kunnen worden gebruikt om een verzuim te herstellen of zou een verkapt hoger beroep mogelijk zijn, hetgeen niet de bedoeling is.
De vrouw stelt dat, doordat de onderhandelingen (mediation) lang hebben geduurd terwijl er geen concrete afspraken konden worden gemaakt, de omstandigheden in een zodanige mate zijn gewijzigd dat, alle betrokken belangen in aanmerking genomen, de voorziening van 18 oktober 2023 niet in stand kan blijven. De birdnestingregeling kan volgens de vrouw niet langer voortduren en moet worden gewijzigd, waardoor ook de kinderalimentatie moet worden gewijzigd.
Op de zitting is tegelijkertijd ook de echtscheidingsprocedure behandeld, waaronder ook de verzoeken ten aanzien van de zorgregeling en de kinderalimentatie. Nu de rechtbank in de echtscheidingsprocedure op dezelfde datum als deze beschikking beslissingen heeft genomen ten aanzien van de zorgregeling en de kinderalimentatie, zal de rechtbank het verzoek van de vrouw tot wijziging van de voorlopige voorzieningen afwijzen bij gebrek aan belang.

Beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek van de vrouw tot het wijzigen van de voorlopige voorzieningen af.
Deze beschikking is gegeven door mr. H.M. Boone, (kinder)rechter, bijgestaan door mr. R.P. Bas als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 31 juli 2024.