ECLI:NL:RBDHA:2024:12495
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
De prevalentie van het bijzondere regime van de Wet Woz boven de Wet open overheid (Woo) in het openbaarmakingsproces
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 16 juli 2024, zaaknummer SGR 23/6728, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo) beoordeeld. Eiser had verzocht om documenten met betrekking tot de vastgestelde waarde van een pand, maar zijn verzoek werd afgewezen door de directeur van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland. De rechtbank behandelt de vraag of de specifieke openbaarmakingsregels van de Wet waardering onroerende zaken (Wet Woz) voorrang hebben boven de algemene regels van de Woo. De rechtbank concludeert dat het bijzondere regime van de Wet Woz prevaleert boven de Woo, ondanks dat de artikelen van de Wet Woz niet in de bijlage van de Woo zijn opgenomen. Dit oordeel is gebaseerd op de wetsgeschiedenis en de bedoeling van de wetgever. De rechtbank oordeelt dat de afwijzing van het Woo-verzoek van eiser terecht is en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.