Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De op te leggen straffen
De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
7.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.De inbeslaggenomen voorwerpen
9.De toepasselijke wetsartikelen
10.De beslissing
jeugddetentievoor de duur van
106 (HONDERDZES) DAGEN;
60 (ZESTIG) DAGEN, niet ten uitvoer zal worden gelegd als de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op
twee jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
.gedurende de proeftijd meewerkt aan de begeleiding vanuit Westcoaching of een soortgelijke instelling, en zich houdt aan de afspraken die daarbij met de coach worden gemaakt, zolang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
taakstraf, bestaande uit een
werkstraf, zijnde het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de duur van
60 (ZESTIG) UREN;
30 (DERTIG) DAGEN;
de immateriële schadevoor het overige deel af;
de materiële schadeniet-ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding en dat de benadeelde partij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;