ECLI:NL:RBDHA:2024:11212
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- H. Hanssen - Telman
- M.J. Tijnagel
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In de zaak tussen de verzoeker en de minister van Asiel en Migratie heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 18 juli 2024 uitspraak gedaan. De verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de minister op 22 april 2024 was afgewezen als kennelijk ongegrond. Tegen deze afwijzing heeft de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 26 juni 2024, waarbij zowel de gemachtigde van de verzoeker als de gemachtigde van de minister aanwezig waren.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er op 18 juli 2024 een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL24.17740) die verband houdt met het beroep van de verzoeker. Aangezien er inmiddels een uitspraak is gedaan op het beroep, is de voorlopige voorziening niet meer nodig. Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.