Op 15 juli 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van winkeldiefstal. De verdachte, geboren in 1991, werd ervan beschuldigd op 31 maart 2024 in Leidschendam parfum te hebben gestolen dat toebehoorde aan parfumerie Douglas. Tijdens de zitting op 1 juli 2024 heeft de verdachte de diefstal bekend, en de rechtbank heeft op basis van deze bekentenis en het proces-verbaal van aangifte geoordeeld dat het feit wettig en overtuigend bewezen is.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte strafbaar is, en dat er geen feiten of omstandigheden zijn die zijn strafbaarheid uitsluiten. De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 42 dagen geëist, waarvan 30 dagen voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden. De verdediging pleitte voor een lichtere straf, maar de rechtbank heeft besloten dat een deels voorwaardelijke straf passend is, gezien de omstandigheden van de verdachte en zijn recente positieve ontwikkeling in de begeleiding en behandeling.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 42 dagen, waarvan 30 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De bijzondere voorwaarden omvatten onder andere meldplicht bij de reclassering, behandeling door een zorgverlener, en het naleven van huisregels in een instelling voor beschermd wonen. De rechtbank heeft benadrukt dat de verdachte zijn leven een positieve wending lijkt te hebben gegeven en dat hernieuwde detentie niet in het belang van de verdachte of de samenleving zou zijn. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, met de voorzitter en twee rechters.