In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 4 januari 2024, wordt een verzoek behandeld van de gecertificeerde instelling Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering tot verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van de kinderen [kind 1] en [kind 2]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de kinderen momenteel in een gezinshuis verblijven en dat er zorgen zijn over de psychische en emotionele ontwikkeling van [kind 1]. De ouders, [moeder] en [stiefvader], zijn bijgestaan door hun advocaat mr. E. de Craen en hebben ingestemd met de verlenging van de ondertoezichtstelling, maar hebben verzocht om deze te beperken tot zeven maanden.
De kinderrechter heeft de feiten en omstandigheden in overweging genomen, waaronder de eerdere beslissingen tot ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing, en de positieve stappen die de ouders hebben gezet in hun situatie. De kinderrechter is van oordeel dat de ouders nu een tijdelijke woning hebben en dat er mogelijkheden zijn voor een zorgvuldige terugplaatsing van de kinderen. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot 6 januari 2025 en de machtiging tot uithuisplaatsing tot 6 augustus 2024. Tevens is de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De kinderrechter heeft de gecertificeerde instelling verzocht om een schriftelijke update te geven over de voortgang van de terugplaatsing en de ingezette hulpverlening.
De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.