ECLI:NL:RBDHA:2024:1027
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en Dublinverordening: Verantwoordelijkheid van Frankrijk en bescherming van HDP-gelieerde
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 januari 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Turkse nationaliteit, zijn asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat eiser eerder asiel had aangevraagd in Frankrijk, waar zijn aanvraag was afgewezen. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 11 januari 2024, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. Eiser betoogde dat hij gelieerd is aan de politieke partij HDP, die in Turkije onderdrukt wordt, en dat hij vreest voor zijn veiligheid bij terugkeer naar Frankrijk, omdat deze land niet dezelfde bescherming biedt als Nederland. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd dat er systeemfouten zijn in de Franse asielprocedure en dat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij niet adequaat beschermd zal worden in Frankrijk. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de relatie van eiser met een toehoorder, die in Nederland asiel heeft aangevraagd, niet voldoende reden was om de asielaanvraag in behandeling te nemen. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard, wat betekent dat eiser geen recht heeft op asiel in Nederland en geen proceskostenvergoeding ontvangt.