ECLI:NL:RBDHA:2023:9650
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Omgevingsvergunning voorbelasten in Rijswijk; beoordeling stikstofdepositie en soortenbescherming
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 14 juni 2023 uitspraak gedaan in een geschil over de verlening van een omgevingsvergunning voor het voorbelasten van een gebied in Rijswijk. Het college van burgemeester en wethouders van Rijswijk had op 20 november 2020 een omgevingsvergunning verleend aan de vergunninghouder voor het voorbelasten van het gebied Pasgeld-West, wat noodzakelijk is voor de bouw van woningen. Eisers, bestaande uit de Contactgroep Rijswijk Zuid en de Vereniging Natuurlijk Delfland, hebben beroep ingesteld tegen het besluit van 15 juni 2021, waarin hun bezwaar tegen de vergunning ongegrond werd verklaard. De eisers betogen dat de vergunning niet verleend had mogen worden vanwege onduidelijkheid over de percelen waarop de vergunning betrekking heeft, onvoldoende archeologisch onderzoek en de gevolgen van stikstofdepositie op nabijgelegen Natura 2000-gebieden.
De rechtbank heeft de argumenten van eisers beoordeeld en geconcludeerd dat de vergunninghouder voldoende informatie heeft verstrekt over de percelen en dat het archeologisch onderzoek adequaat is uitgevoerd. Wat betreft de stikstofdepositie heeft de rechtbank vastgesteld dat de berekeningen van de vergunninghouder kloppen en dat de voorbelasting geen significante negatieve effecten zal hebben op de Natura 2000-gebieden. De rechtbank heeft ook het relativiteitsvereiste toegepast, waarbij werd vastgesteld dat de Natura 2000-gebieden niet binnen het werkgebied van de eisers vallen. De rechtbank heeft uiteindelijk het beroep van eisers ongegrond verklaard, wat betekent dat de omgevingsvergunning voor de voorbelasting van het gebied Pasgeld-West rechtmatig is verleend.