Uitspraak
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van
[derde-partij], te [woonplaats] (vergunninghoudster)
Rechtbank Den Haag
Op 30 juni 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoekers, vertegenwoordigd door mr. J. Geelhoed, hebben beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Leidschendam-Voorburg, dat op 25 april 2023 een omgevingsvergunning heeft verleend voor het oprichten van een vrijstaande woning. Verzoekers vrezen dat de aanwezigheid van deze woning hun bedrijfsvoering zal belemmeren, vooral vanwege het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op korte afstand van de woning. Het college heeft echter gesteld dat de woning geen belemmering zal vormen en heeft verwezen naar een rapport van de Adromi Groep, waarin wordt gesteld dat kan worden afgeweken van de richtafstand van 50 meter.
De voorzieningenrechter heeft de zaak op zitting behandeld, waarbij zowel verzoekers als het college en de vergunninghoudster aanwezig waren. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het college onvoldoende heeft gemotiveerd waarom er van de richtafstand kan worden afgeweken. Dit gebrek aan motivatie leidt tot de conclusie dat het bestreden besluit mogelijk niet in stand zal blijven bij een beroepsprocedure. Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en het besluit van 25 april 2023 geschorst tot de uitspraak op het beroep. Tevens is het college veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan verzoekers.