Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam], verzoeker
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Beslissing
Overwegingen
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 8 juni 2023 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat de asielaanvraag niet in behandeling werd genomen omdat Spanje verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag. De zitting vond plaats op 8 juni 2023, maar de verzoeker en zijn gemachtigde waren niet aanwezig. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. S. Vreugdenhil-Brock.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Dit gebeurde direct na de behandeling van de zaak ter zitting. De rechter overwoog dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling en dat er reeds een uitspraak was gedaan in een verwante zaak (NL23.12053), wat de afwijzing van het verzoek verder onderbouwde. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.
Deze uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van lidstaten binnen het Europese asielbeleid en de procedurele waarborgen die verzoekers hebben in het asielproces. De afwijzing van het verzoek om een voorlopige voorziening betekent dat de verzoeker voorlopig niet in Nederland kan blijven in afwachting van de behandeling van zijn asielaanvraag.