ECLI:NL:RBDHA:2023:869

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 januari 2023
Publicatiedatum
31 januari 2023
Zaaknummer
NL23.313
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Dublin-regelgeving

Op 31 januari 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak NL23.313, waarin de voorzieningenrechter, J.Y.B. Jansen, een verzoek om een voorlopige voorziening heeft afgewezen. De zaak betreft een verzoeker van Syrische nationaliteit, geboren op [geboortedatum 1], die samen met zijn minderjarige dochter, geboren op [geboortedatum 2], een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. B.H. Wezeman, had de aanvraag echter niet in behandeling genomen, met als argument dat Italië verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag op basis van de Dublin-regelgeving.

Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 30 januari 2023, waar verzoeker en zijn dochter, bijgestaan door hun gemachtigden, aanwezig waren. De voorzieningenrechter heeft het verzoek behandeld, maar heeft geconcludeerd dat een voorlopige voorziening niet meer nodig was, aangezien er op dezelfde dag uitspraak is gedaan op het beroep zelf. De rechtbank heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing. De zaak benadrukt de toepassing van de Dublin-regelgeving in asielprocedures en de rol van de voorzieningenrechter in het beoordelen van verzoeken om voorlopige voorzieningen.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.313

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam 1] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum 1] ,
van Syrische nationaliteit,
V-nummer: [nummer 1]
mede namens zijn minderjarige kind:
[naam 2],
geboren op [geboortedatum 2] ,
van Syrische nationaliteit,
V-nummer: [nummer 2]
(gemachtigde: mr. I. Vreeken),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. B.H. Wezeman).

Procesverloop

Bij besluit van 3 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker en zijn dochter tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.313, op 30 januari 2023 op zitting behandeld. Verzoeker en zijn dochter zijn verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Tevens is een tolk verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.313, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van Z.P. de Wilde, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.