ECLI:NL:RBDHA:2023:8513

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 juni 2023
Publicatiedatum
13 juni 2023
Zaaknummer
NL23.10503
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag op basis van interstatelijk vertrouwensbeginsel en medische omstandigheden

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 7 juni 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Nigerese nationaliteit, had op 24 januari 2023 een asielaanvraag ingediend, maar deze werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als kennelijk ongegrond. De reden hiervoor was dat eiser internationale bescherming geniet in Italië, waar hij eerder een asielaanvraag had ingediend. De Italiaanse autoriteiten weigerden het verzoek om eiser terug te nemen, omdat hij al bescherming had.

Eiser was het niet eens met de afwijzing en voerde aan dat niet vaststaat dat hij in Italië internationale bescherming geniet. Hij stelde dat hij geen opvang had gekregen en geen hulp van de autoriteiten had ontvangen. Daarnaast was hij van mening dat er geen rekening was gehouden met zijn medische klachten en dat hij niet adequaat was gehoord, omdat hij een tolk in het Frans had gekregen in plaats van in zijn voorkeurstaal, Zerma.

De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris voldoende rekening had gehouden met de omstandigheden van eiser. De rechtbank stelde vast dat eiser in de Franse taal was gehoord en dat hij had aangegeven deze taal te begrijpen. Bovendien was er geen tolk in de Zerma-taal beschikbaar. De rechtbank concludeerde dat eiser voldoende gedetailleerd had kunnen verklaren en dat er geen medische noodzaak was voor een MediFirst onderzoek, aangezien eiser geen medische hulp had gevraagd tijdens de hoorzittingen.

Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond, omdat eiser niet had aangetoond dat de Italiaanse autoriteiten niet in staat waren om hem de bescherming te bieden die hij nodig had. De rechtbank benadrukte dat het aan eiser was om zijn rechten in Italië te effectueren en dat hij niet had aangetoond dat hij dit niet kon. De uitspraak werd openbaar gemaakt en er werd een rechtsmiddel tegen de uitspraak aangekondigd.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.10503

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam] , eiser

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E.S. van Aken),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. S.J.R.R. Brock).

ProcesverloopBij besluit van 6 april 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiser niet in behandeling genomen.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep op 22 mei 2023 op zitting behandeld. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen E.M. Spruit. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiser is geboren op [geboortedatum] en heeft de Nigerese nationaliteit. Op 24 januari 2023 heeft eiser een asielaanvraag ingediend.
2. Verweerder heeft de asielaanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond op grond van artikel 30a, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vw. [1] Uit onderzoek in Eurodac is gebleken dat eiser een asielaanvraag heeft ingediend in Italië. Verweerder heeft daarom de Italiaanse autoriteiten verzocht eiser terug te nemen op grond van artikel 18, eerste lid, onder b, van de Dublinverordening. [2] De Italiaanse autoriteiten hebben dit verzoek geweigerd, omdat eiser al internationale bescherming heeft in Italië.
3. Eiser kan zich niet verenigen met het bestreden besluit en voert aan dat niet vaststaat dat hij in Italië internationale bescherming geniet. Uit het enkele gegeven dat hij een Italiaanse identiteitskaart heeft blijkt niet dat hij internationale bescherming heeft in Italië. Daarnaast kan ten aanzien van Italië niet van het interstatelijk vertrouwensbeginsel worden uitgegaan. In Italië heeft hij namelijk geen opvang gekregen, was niet in staat om in zijn onderhoud te voorzien en heeft geen hulp gekregen van de autoriteiten. Hierbij wordt ook verwezen naar een
circular lettervan de Dublin-Unit Italië van 5 december 2022. Er is namelijk een structureel probleem in de opvangvoorzieningen. Daarnaast heeft eiser in Italië geen medische hulp gekregen voor zijn klachten. Verweerder had een MediFirst onderzoek moeten uitvoeren, naar aanleiding van zijn klachten. Bovendien is eiser gehoord met behulp van een tolk Frans in plaats van een tolk Zerma. Doordat hij de Franse taal minder goed spreekt heeft hij minder gedetailleerd kunnen verklaren. Hier heeft verweerder geen rekening mee gehouden.
De rechtbank oordeelt als volgt.
Gehoor
4. Verweerder heeft voldoende rekening gehouden met het feit dat eiser is gehoord in de Franse taal. Allereerst stelt de rechtbank vast dat er geen tolk in de Zerma-taal beschikbaar was. Vervolgens heeft verweerder ervoor gekozen om eiser in de de Franse taal te horen. Eiser heeft in de verschillende gehoren steeds aangegeven dat hij weliswaar de voorkeur geeft aan een tolk Zerma, maar dat hij de Franse taal ook spreekt en kan verstaan. . De hoormedewerker heeft in zowel het aanmeldgehoor Dublin als het gehoor bescherming EU aan de tolk gevraagd om langzaam te spreken en eenvoudige woorden te gebruiken. Daarnaast is meerdere keren gevraagd of hij de tolk heeft verstaan en begrepen. [3] Hierop gaf eiser aan dat hij de tolk heeft begrepen en geen vragen had. Daarnaast heeft eiser in de correcties en aanvullingen nog enkele details medegedeeld en een verdere toelichting gegeven. Hieruit volgt dat eiser voldoende gedetailleerd heeft kunnen verklaren. Hij is daarom niet in zijn belangen geschaad door het gebruik van een tolk in de Franse taal.
MediFirst
5. Daarnaast heeft verweerder geen aanleiding hoeven zien een MediFirst onderzoek te laten uitvoeren. De hoormedewerker heeft uitvoerig gevraagd naar de medische klachten en of hij hiervoor onder behandeling stond. [4] Eiser verklaarde dat hij in staat was te worden gehoord en dat er niets was waar rekening mee hoefde worden gehouden. [5] Hieruit mocht de hoormedewerker de conclusie trekken dat eiser kon worden gehoord en er geen medisch onderzoek nodig was.
Beschermingsstatus
6. Verweerder heeft uit de reactie van de Italiaanse autoriteiten van 21 maart 2023 op het terugnameverzoek mogen afleiden dat eiser nog steeds internationale bescherming geniet in Italië. Daarbij is ook niet gebleken dat de Italiaanse autoriteiten voornemens zijn deze status in te trekken.
Interstatelijk vertrouwensbeginsel
7. In beginsel mag verweerder ten aanzien van Italië van het interstatelijk vertrouwensbeginsel uitgaan, wanneer er sprake is van een vreemdeling die een verblijfsstatus heeft. Dit is recent nog door de Afdeling [6] bevestigd. [7] Het is vervolgens aan eiser om aannemelijk te maken dat dit in zijn geval anders is. Hij is hier niet in geslaagd. De enkele stellingen en zijn verklaring over zijn ervaringen in Italië zijn niet onderbouwd met documenten en zijn gelet op hetgeen is overwogen in de uitspraak van de Afdeling ook onvoldoende voor de stelling dat niet langer van het interstatelijk vertrouwensbeginsel kan worden uitgegaan. De door eiser genoemde
circular letterziet op Dublin-terugkeerders, en niet op statushouders, zodat een beroep hierop niet slaagt. Het is aan eiser om zijn rechten te effectueren in Italië. Niet is gebleken dat eiser zich voldoende heeft ingespannen om dit te doen. Wanneer eiser problemen ondervindt, moet hij hierover klagen bij de Italiaanse autoriteiten. Eiser heeft niet onderbouwd dat hij dit niet kan of dat de Italiaanse autoriteiten hem niet willen helpen.
8. Het beroep is ongegrond. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, rechter, in aanwezigheid van mr.E.C. Jacobs, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.
2.Verordening (EU) nr. 604/2013.
3.Gehoor bescherming EU, EER of Zwitserland, pagina 2.
4.Gehoor bescherming EU, EER of Zwitserland, pagina 3.
5.Gehoor bescherming EU, EER of Zwitserland, pagina 3.
6.Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.