ECLI:NL:RBDHA:2023:8400
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielverzoek op basis van uitsluitend economische motieven en veilig land van herkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 juni 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een staatsburger van Senegal, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen op 12 april 2023. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard, omdat zijn verklaringen volgens de verweerder geen aanknopingspunten boden voor de gronden voor verlening van asiel. Eiser stelde dat hij uitsluitend op zijn sociaal-economische omstandigheden in Senegal beriep, maar de rechtbank oordeelde dat deze omstandigheden niet relevant waren voor de beoordeling van zijn asielaanvraag. De rechtbank benadrukte dat het aan eiser was om aan te tonen dat er sprake was van een uitzonderlijke situatie die zijn omstandigheden bij terugkeer relevant zou maken.
De rechtbank verwierp ook de vergelijkingen die eiser maakte met eerdere arresten, zoals Sufi en Elmigaat, en Jawogaat, en concludeerde dat Senegal geen humanitaire problematiek vertoont die de asielaanvraag zou rechtvaardigen. Eiser had niet onderbouwd dat hij bij terugkeer in Senegal in een situatie van verregaande materiële deprivatie zou komen te verkeren, en zijn sociaal-economische omstandigheden waren niet voldoende om aan te tonen dat Senegal voor hem geen veilig land was. De rechtbank besloot dat de staatssecretaris niet verplicht was om de proceskosten van eiser te vergoeden. Deze uitspraak werd openbaar gemaakt op 1 juni 2023.