ECLI:NL:RBDHA:2023:8324

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 juni 2023
Publicatiedatum
9 juni 2023
Zaaknummer
NL22.24732
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 juni 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoekster, wiens naam niet is vermeld, had tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 2 december 2022, verklaarde de asielaanvraag van verzoekster niet-ontvankelijk. Verzoekster verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat haar asielaanvraag opnieuw in behandeling zou worden genomen. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.

In de overwegingen van de uitspraak werd verwezen naar een eerdere uitspraak van 27 januari 2023, waarin het beroep in de bodemzaak met zaaknummer NL22.24731 eveneens niet-ontvankelijk was verklaard. Gezien deze eerdere uitspraak heeft de voorzieningenrechter besloten het verzoek om een voorlopige voorziening af te wijzen. Daarnaast werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.24732

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[Naam], verzoekster

v-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. R. Akkaya),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 2 december 2022 (bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoekster niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van 27 januari 2023 heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak, met zaaknummer NL22.24731, niet-ontvankelijk verklaard.
2. De voorzieningenrechter zal daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afwijzen.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.C. Spruijt, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.