Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 10 mei 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van vreemdelingenbewaring van een eiser van Marokkaanse nationaliteit. Eiser, die in strafrechtelijke detentie heeft gezeten van september 2022 tot april 2023, heeft tegen de maatregel van bewaring beroep ingesteld. Hij stelt dat de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid onvoldoende invulling heeft gegeven aan de inspanningsverplichting met betrekking tot zijn uitzetting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Staatssecretaris vanaf half november 2022 handelingen heeft verricht ter voorbereiding van de uitzetting, waaronder het indienen van een aanvraag voor een laissez passer. De rechtbank oordeelt dat de zware gronden voor de maatregel van bewaring, zoals het risico op onttrekking aan toezicht, voldoende zijn gemotiveerd en niet door eiser zijn betwist.
Eiser heeft ook aangevoerd dat er onvoldoende voortvarendheid is in de uitzettingsprocedure, omdat er geen presentatie bij de Marokkaanse autoriteiten is gepland. De rechtbank oordeelt echter dat de Staatssecretaris in hoge mate afhankelijk is van de medewerking van deze autoriteiten en dat er geen aanleiding is om te concluderen dat de uitzetting onvoldoende voortvarend ter hand is genomen. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 10 mei 2023.