ECLI:NL:RBDHA:2023:8143

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 juni 2023
Publicatiedatum
7 juni 2023
Zaaknummer
NL23.14278
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak wegens gelijktijdige uitspraak op samenhangend beroep

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 7 juni 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, die een opvolgende asielaanvraag had ingediend, had tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beroep ingesteld. Dit besluit, genomen op 11 mei 2023, wees de asielaanvraag af als kennelijk ongegrond en legde een inreisverbod van twee jaar op. Het beroep van verzoeker is geregistreerd onder zaaknummer NL23.14277.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening op 31 mei 2023 behandeld, maar verzoeker is niet verschenen. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. T. Bruinsma. Na de behandeling heeft de voorzieningenrechter op dezelfde dag het onderzoek gesloten.

Op 7 juni 2023 heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening verviel. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. D.M. Schuiling, in aanwezigheid van griffier A.J. van Bruggen, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.14278

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. T. Bruinsma),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. J.P.M. Wuite).

Procesverloop

Bij besluit van 11 mei 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de opvolgende asielaanvraag van verzoeker afgewezen als kennelijk ongegrond en aan hem een inreisverbod voor de duur van twee jaar opgelegd.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld en de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Het beroep is geregistreerd onder zaaknummer NL23.14277.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek samen met het beroep op 31 mei 2023 op zitting behandeld. Verzoeker is met voorafgaande kennisgeving niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Het onderzoek is ter zitting gesloten.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. D.M. Schuiling, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van A.J. van Bruggen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.